„Druk op Nigeria om christenvervolging”
DEN HAAG. De internationale gemeenschap moet Nigeria met klem wijzen op de plicht om zijn christelijke burgers te beschermen, aldus Zingak Deshi woensdag in de Tweede Kamer. De drie christelijke partijen pakten die handschoen meteen op.
Deshi is werkzaam bij Voice of the Christian Martyrs Nigeria, een zusterorganisatie van Stichting De Ondergrondse Kerk (SDOK). De organisatie zorgt in Nigeria onder meer voor hulpverlening aan slachtoffers van aanslagen door moslimfundamentalisten.
Christenen in Noord-Nigeria leven als „wandelende doden”, aldus Deshi, „als mensen die ten dode zijn opgeschreven.” Volgens hem is een „aanhoudend proces van uitroeiing van christenen” gaande in zijn land. Zeker 900 mensen zijn de afgelopen twee jaar om het leven gekomen door aanslagen van moslimfundamentalisten. De overheid doet er niets tegen. Daders worden soms wel opgepakt, maar niet bestaft en snel weer vrijgelaten.
Een van de slachtoffers van moslimgeweld, Habila Adamu, deed woensdag in de Kamer zijn verhaal. Moslimextremisten stonden eind november bij hem aan de deur. Onder bedreiging met een vuurwapen wilden ze hem tot de islam bekeren. Adamu weigerde. „Ik dacht dat mijn tijd gekomen was.” Ze schoten hem dwars door zijn hoofd, maar door een wonder overleefde hij de aanslag.
In woensdag gestelde Kamervragen dringen SGP, CDA en CU er bij het kabinet op aan de antipiraterijmissie waaraan Nederland meedoet, als handvat te gebruiken om Nigeria aan te spreken op de falende bescherming van zijn burgers.