Debatavond over 450 jaar Heidelbergse Catechismus en Concilie van Trente
GRONINGEN. De toegenomen openheid tussen de Rooms-Katholieke Kerk en de kerken van de Reformatie is voor bisschop mgr. dr. Gerard de Korte „een grote gave van de Heilige Geest.”
De bisschop van het bisdom Groningen-Leeuwarden was dinsdagavond een van de sprekers tijdens een debatavond over de toekomst van de kerk en het geloof in Nederland. De bijeenkomst in Groningen was de eerste van twee debatavonden deze maand naar aanleiding van 450 jaar Heidelbergse Catechismus en het concilie van Trente.
In de catechismus en op het concilie zijn er over en weer vervloekingen uitgesproken. Daarom hebben de debatavonden het thema ”Vervloekt” meegekregen. De debatten zijn een initiatief van Refo500 en worden gesteund door de Katholieke Vereniging voor Oecumene, de Vereniging Protestants Nederland, het Reformatorisch Dagblad, Zendtijd voor Kerken en het Nederlands Dagblad.
Ds. Reintje Joke Stomphorst, interim-predikant binnen de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) en begeleider van ”postrefo’s”, vertelde over haar ervaringen met de Heidelbergse Catechismus. „Ik ken de catechismus uit de avonddienst van vroeger. Mijn ervaring was dat de catechismus antwoord gaf op vragen die ik niet stelde. Als ik de catechismus nu lees, krijg ik er wel inspiratie door.”
Volgens de interim-predikant is de kerk zelf mede schuldig aan de huidige leegloop. „De kerk speelt een marginale rol op de markt van de spiritualiteit. We zijn te veel naar binnen gekeerd, en hebben te weinig gesproken over wat ons bezielt. We zijn de taal kwijtgeraakt om te spreken over opstanding en liefde. De taal die we wel gebruiken, stoot mensen juist af.”
Volgens ds. Arenda Haasnoot, gereformeerd predikante te Rijnsburg en voorzitter van de Alpha-cursus, is de leegloop in de kerken te verklaren vanuit het verlichtingsdenken en de daaruit voortvloeiende vrijzinnigheid. „De samenleving en de protestantse kerken zijn van de rede doordrenkt. Door dit rationele geloof ontstaat er een dor en droog geestelijk klimaat.”
Ten aanzien van de vervloekingen die er in het verleden zijn gedaan, stelde ds. Haasnoot dat er „wellicht te stellig is gesproken.” Tegenwoordig schieten we volgens haar echter door naar de andere kant. „Onder het mom van tolerantie mag er geen enkele leerstellige positie worden ingenomen. Van deze inhoudelijke slapheid moeten we af.”
Ook bisschop De Korte stelde dat de moderniteit met daarbij het probleem van het kwaad de samenleving en de kerk in grote onzekerheid hebben gebracht. Evenals ds. Haasnoot vindt hij het van belang dat de kerk weer helder over God gaat spreken. De drie-eenheid en de menswording van Jezus Christus zijn volgens De Korte „het hart van de christelijke spiritualiteit” waar Rome en Reformatie elkaar vinden. „De vervloekingen zijn gedaan en dat laten we maar staan. Wij leven echter in de 21e eeuw. We kijken in de eerste plaats niet naar wat ons scheidt maar naar wat ons bindt. Dat is de Schrift, vijftien eeuwen traditie, Jezus Christus en de drie-eenheid. De kerk mag in de toekomst samen opgaan met zoekende mensen om ze op een hartelijke wijze bij deze kern van het geloof te brengen”
Ds. Orlando Bottenbley, predikant van de vrije baptistengemeente Bethel in Drachten, verbaast zich erover dat veel reformatorische christenen zich afkeren van de Heidelbergse Catechismus. Voor hem is de catechismus „een ongelofelijke rijkdom en een bron van intense vreugde, van dag tot dag.” Veel reformatorische christenen lezen de catechismus alleen met hun verstand, en niet met hun hart, stelde hij. Wel vindt hij dat de catechismus het werk van de Heilige Geest te veel onderbelicht laat.