„Kerken moeten zich meer profileren”
ROTTERDAM – Kerken en christenen kunnen en moeten zich meer profileren in de samenleving. De economische crisis biedt daarvoor mogelijkheden.
Dat zegt het Rotterdamse ChristenUnie/SGP-raadslid Sies naar aanleiding van een debat woensdag in de Rotterdamse raad. Sies vroeg daarin een bezuiniging op het Platform Levensbeschouwelijke en Religieuze Organisaties (L&R) terug te draaien.
Dit platform, dat het overleg tussen het stadsbestuur en de levensbeschouwelijke instanties moest vormgeven, werd vijf jaar geleden in het leven geroepen naar aanleiding van het rapport ”Tel je zegeningen” uit 2008. Daarin bleek dat kerken de Rotterdamse samenleving 110 à 133 miljoen euro besparen door hun maatschappelijke inzet. Het platform bestaat uit diverse levensbeschouwelijke groeperingen: het Humanistisch Verbond, moslimgroeperingen „en verder van de bahai tot en met de kerken”, aldus Sies.
CDA en ChristenUnie/SGP kregen geen enkele steun voor hun voorstel om de ingeplande bezuiniging van 106.000 euro, het grootste deel van de subsidie aan het platform, terug te draaien. Het gemeentebestuur antwoordde dat het platform L&R slechts een van de mogelijkheden is om in gesprek te zijn met verschillende levensbeschouwelijke groeperingen. „Dit college legt de nadruk op de eigen verantwoordelijkheid voor de economische voorspoed, en heeft minder oog voor religieuze verbanden en de gemeenschap”, becommentarieert Sies.
De overige partijen steunden het college in deze opstelling, met als formele reden dat deze bezuiniging niet achteraf mag worden teruggedraaid.
„Jammer en vreemd”, zo reageerde Sies na afloop van het debat. „Jammer, omdat dit platform de enige plek is waar met allerlei levensbeschouwelijke instanties kan worden gesproken. Vreemd, omdat de gemeente dit platform juist vijf jaar geleden in het leven heeft geroepen.”
Er bestaat inderdaad nog een aantal andere levensbeschouwelijke platforms, erkent Sies, maar die hebben een kleiner draagvlak. Het gaat dan om koepels van moslims, hindoes, boeddhisten en migrantenkerken en drie kerkelijke platforms. „Deze groepen hebben vaak dezelfde vragen: rond de behoefte aan ruimten om samen te komen, over gewetensbezwaren en rond bepaalde wetgeving.” De kerken hebben al toegezegd het platform met vrijwilligers op te tuigen.
Kerken en christenen moeten zich volgens Sies meer lokaal organiseren om „zich aan elkaar te verbinden, elkaar te inspireren en zichtbaar te zijn.” Hij geeft een voorbeeld uit de tijd dat hij jongerenwerker was. „Toen ik een gebedsgroep organiseerde, bleken zeven jongens uit dezelfde klas christen te zijn. Toen hoefden ze niet meer alleen te staan bij het uitkomen voor hun overtuiging.”
De kerken kunnen gaten die de zich terugtrekkende overheid laat vallen opvullen, hoewel Sies erkent dat ook kerken hun eigen agenda hebben en niet per definitie overheidstaken willen overnemen. „Nu al wordt de opvang en begeleiding van dak- en thuislozen in onze stad vooral gedaan door christelijke instellingen als het Leger des Heils, Ontmoeting, Exodus, Gevangenenzorg Nederland en de Sisters of Charity. Driekwart van de uitdeelspunten van de voedselbank is gevestigd in kerken.”
Die zouden die rol verder kunnen uitbuiten, denkt Sies. „De kerk zou zich meer kunnen openstellen als ontmoetingsruimte. Niet alleen voor Bijbelstudie, maar ook als ontmoetingsplaats voor mensen uit de wijk. Daar liggen veel kansen.”