Vriendenhuis GGZ steunt mensen met psychische beperking
Een psychiatrische patiënt die een poosje op adem wil komen en een ex-dakloze die maanden nodig heeft om aan een nieuwe toekomst te werken. In Vriendenhuis GGZ in Velp zijn beiden welkom. De instelling biedt kwetsbare mensen de mogelijkheid in hun eigen tempo vooruit te komen.
Een villa aan de rand van het Gelderse Velp, op loopafstand van het centrum, biedt ruimte aan een kleurrijk gezelschap. Negen bewoners met uiteenlopende problemen vinden voor korte of langere tijd een gastvrij onthaal in het Vriendenhuis, een zorghotel dat drie jaar geleden van start ging (zie ook het artikel bovenin).
Gerry (56) heeft zojuist de gang gezogen en gedweild. Hijgend loopt hij naar zijn kamer op de eerste etage, trekt z’n trui uit, zet een raam open en ploft neer op een bank. Ernaast staat een kast vol videobanden. „Ik heb meer dan 150 films. Als je banden over hebt, breng je ze maar.”
Acht maanden geleden kreeg Gerry een plek in het vriendenhuis. „Twintig jaar heb ik op straat geleefd, maar niet aan één stuk door. Ik heb ook een tijd vastgezeten. Via Iriszorg (instelling voor maatschappelijke opvang en verslavingszorg, MB) ben ik hier gekomen.”
Gerry tobt met z’n gezondheid. „Sinds ik niet meer buiten leef, krijg ik allerlei kwalen. De warmte ben ik niet gewend. Ik heb vaak buiten geslapen, ook in de kou. Kijk, daar ligt m’n slaapzak”, zegt hij, wijzend naar een hoek van de kamer. „Ik had een beschut plekje, op een trap. Bij vorst legde ik twee dikke stukken karton onder m’n slaapzak.”
Alcohol was jarenlang zijn metgezel. „Ik drink nog steeds, maar niet meer zo veel als vroeger.” Zijn ouders zijn overleden. Met z’n broers en zussen –hij komt uit een gezin met veertien kinderen– heeft hij geen contact. Ook zijn enige kind zag hij al jarenlang niet.
Gerry ziet zijn verblijf in het vriendenhuis als een tussenstation. „Het is hier goed, al zitten er ook weleens lastige mensen. Ik help mee de boel schoon te houden. Het liefst wil ik een eigen huis, in Arnhem. Ik sta veertien jaar ingeschreven. Hopelijk gaat het een keer lukken.”
Depressie
Beneden, bij de receptie, legt Henk (33) een formulier onder de kopieermachine. Hij woont elders en is een van de zes personen die in het vriendenhuis een werkervaringsplaats kregen. Via een zogeheten participatietraject van de gemeente kwam hij er terecht, nadat hij een periode uit de running was geweest.
„Ik heb jarenlang in een supermarkt gewerkt. Twee jaar geleden kreeg ik een zware depressie. Met behulp van antidepressiva en psychotherapie ben ik er bovenop gekomen. Daarna ben ik hier begonnen, om langzamerhand terug te keren in de maatschappij en te ontdekken wat ik leuk vind. Eerst kookte ik, nu doe ik van alles, van administratie tot begeleiding.”
Henk is intussen een deeltijdstudie maatschappelijk werk en dienstverlening begonnen en werkt daarnaast 20 tot 28 uur per week in het vriendenhuis. Binnenkort sluit hij, na ruim een jaar, zijn traject bij de instelling af. „Hopelijk vind ik een betaalde baan. Ik heb twee sollicitaties lopen, onder meer voor een functie als begeleider van mensen met autisme.”
Hersenbloeding
Ook Alex (46) kwam na een knik in zijn loopbaan bij het Vriendenhuis terecht. Na zijn universitaire studie bedrijfscommunicatie werkte hij een aantal jaren als interim-manager bij bedrijven. In 2005 werd hij getroffen door een hersenbloeding, waarna een tweejarig traject van revalidatie volgde. „Ik moest opnieuw leren lopen, opnieuw leren een pen vasthouden.”
Aan het eind van het traject levert Alex’ zoektocht naar een betaalde baan niets op. Hij werkt nu met behoud van zijn uitkering als begeleider in het Vriendenhuis. „Over de gasten die hier verblijven, leeft in de maatschappij vaak het idee: ze kunnen niets. Hier is het uitgangspunt: iedereen heeft talenten, er wordt gekeken hoe mensen die kunnen inzetten. Dat spreekt me aan.”
Alex werkt aan een boek over de instelling, waarbij hij praktijkverhalen combineert met wetenschappelijke onderzoeken over de inzet van ervaringsdeskundigen in de ggz. Hij hoopt op den duur een betaalde functie bij het Vriendenhuis te krijgen. Ook is hij bezig een re-integratiebedrijf te starten. „Werk is belangrijk voor me. Het geeft richting aan je leven.”
Schulden
Het zoeken van een baan is geen thema dat Frank (51) bezighoudt. Hij is voor 85 tot 100 procent afgekeurd, vertelt hij, zittend op z’n bed in een kamer met lichtgroene wanden en een bosje „neptulpen” op tafel. Begin september kwam hij in het Vriendenhuis terecht.
Frank raakte zijn woning kwijt nadat hij door schulden drie maanden zijn hypotheek niet had betaald. „Ik ben eruitgezet, de bank heeft mijn huis verkocht.” Hij trok in bij een kameraad, maar kon daar uiteindelijk niet blijven. Via het Leger des Heils belandde hij in het Vriendenhuis.
„Ik word hier goed geholpen, bijvoorbeeld om in de schuldsanering te komen, maar ik wil hier geen jaren blijven. Op den duur hoop ik eigen woonruimte te vinden, maar dan moet ik eerst financieel alles op orde krijgen. Intussen help ik hier mee met allerlei klusjes. Ik doe boodschappen en rijd mensen naar het ziekenhuis, met de auto van het Vriendenhuis.”
Als hij vertelt over het plotselinge overlijden van zijn vrouw, jaren geleden, wordt Frank emotioneel. „In 1983 leerde ik mijn vrouw kennen. Anderhalf jaar later gingen we samenwonen en in 1989 zijn we getrouwd. We kregen twee kinderen. Een leuk gezinnetje. Mooi huisje, mooie open haard”, zegt hij, terwijl hij met een hand langs z’n ogen wrijft. „Nu ben ik alles kwijt.”
Zijn beide dochters –18 en 19 jaar– groeiden grotendeels op in een pleeggezin. Ze zoeken hem wekelijks op in het Vriendenhuis. Allebei schreven ze een lieve boodschap op een bord aan de wand, waaraan Frank zich optrekt als hij het zwaar heeft. „Hoi papa. Dit verhaaltje moet je elke avond lezen als je gaat slapen. Ik hou van jou en ben heel trots op jou.”
Vriendenhuis GGZ biedt kwetsbare mensen hulp
Een open sfeer creëren waarin gasten hun hulpvraag durven stellen en de bereidheid ontstaat op zoek te gaan naar oplossingen. Dat is een belangrijke taak van de professionele hulpverleners in het Vriendenhuis GGZ in het Gelderse Velp, zegt zorgmanager Valma Slootweg. In de gezamenlijke woonkamer, waar bewoners en (vrijwillige) medewerkers in en uit lopen, licht ze het initiatief toe, Haar zwart-witte bordercollie ligt rustig aan haar voeten.
Het Vriendenhuis ging drie jaar geleden van start. Het moest een zorghotel worden waar cliënten uit de geestelijke gezondheidszorg tijdelijk konden verblijven, bijvoorbeeld als ze na een opname in de psychiatrie niet direct naar huis wilden. Al snel ontwikkelde de instelling zich echter tot een plek waar mensen vooral langdurig –van enkele maanden tot meer dan een jaar– verblijven. Een aantal gasten is afkomstig uit het daklozencircuit en probeert zijn leven op poten te zetten. Van de negen kamers zijn er nu nog twee bestemd voor kort verblijf.
Als manager houdt Slootweg zich niet alleen bezig met beleid, maar verricht ze geregeld hand- en spandiensten. „Een paar dagen geleden was het rommelig. Dan pak ik een stofzuiger en ga aan de slag, terwijl ik tegen een bewoner zeg: Jij gaat dweilen. We brengen mensen in beweging door samen dingen te doen. Als ze een afspraak hebben –of het nu bij een instantie zoals de sociale dienst is of bij familie–, en ze zien daar tegenop, dan gaat er iemand mee.”
Wie in aanmerking wil komen voor langdurig verblijf, kan drie dagen in het zorghotel logeren om de sfeer te proeven en te kijken of de instelling bij hem of haar past. Als –met instemming van de andere bewoners– een langer verblijf volgt, is er ruimte om toe te groeien naar het werken aan het oplossen van problemen, bijvoorbeeld op sociaal, psychisch en/of financieel gebied.
„We vinden het belangrijk dat bewoners zelf de regie houden. Soms hebben ze tijd nodig om vertrouwen te krijgen in de hulpverlening, voordat ze hun hulpvraag durven stellen. Het is wel de bedoeling dat die vraag vroeg of laat komt. We zijn geen pension. Sommigen hebben al contact met de psychiatrie als ze hier komen. In dat geval houden ze hun eigen hulpverlener, waarbij wij aanvullende steun kunnen bieden.”
Het samenleven van mensen met uiteenlopende problemen levert van tijd tot tijd spanningen op. „Dat hoort erbij. Met elkaar communiceren is niet voor iedereen eenvoudig. Als er ruzie ontstaat zijn wij ervoor om dat om te buigen richting een gesprek.” Overdag is altijd een professional aanwezig, in de avond en nacht is een achterwacht oproepbaar. Naast de hulpverleners, onder wie een psycholoog, zijn er zes mensen die –bijvoorbeeld met een Wajonguitkering– in het Vriendenhuis werkervaring opdoen. „Ze kunnen hier hun talenten inzetten, nieuwe vaardigheden leren en met anderen leren samenwerken. Op die manier kunnen ze een stap zetten richting de arbeidsmarkt.”
Vriend GGZ
Vriend GGZ biedt steun aan mensen met psychische of sociale beperkingen. De organisatie richtte de afgelopen jaren onder de naam Vriendenhuizen diverse zorghotels op, waar mensen uit de doelgroep korte of langere tijd kunnen verblijven. Het eerste huis opende in 2010 in het Gelderse Velp de deuren. Inmiddels zijn er ook Vriendenhuizen in Arnhem, Enschede en sinds kort in Obdam (Noord-Holland). De kosten voor verblijf bedragen 15 euro per persoon per dag, inclusief maaltijden. De begeleidingskosten vallen voor mensen met een AWBZ-indicatie onder de zorgverzekering.