Kamervoorzitter De Graaf: Hebt u iets tegen inhuldiging, kom dan niet
ROTTERDAM – Eerste Kamervoorzitter Fred de Graaf bepaalt wie er op 30 april in de Nieuwe Kerk in Amsterdam zitten als prins Willem-Alexander koning wordt en dat is een lastige taak. „Nu ben ik de gevierde man. En zo meteen de meest verguisde als blijkt wie er niet in kunnen", zegt hij in het AD. In het interview is hij duidelijk over Kamerleden die iets tegen hebben op de inhuldiging van Willem-Alexander. „Die zouden niet naar de kerk moeten komen.”
Sommige Kamerleden willen geen eed afleggen. „Kamerleden hebben bij de aanvaarding van hun Kamerlidmaatschap allang in het openbaar een eed aan, onder andere de vorst, afgelegd. En dan zou je dat op 30 april opeens niet willen? Dat is inconsequent”, vindt De Graaf. Hij noemt het bovendien ‘jammer’. „Omdat het voor degene die het koningschap aanvaardt zeer plezierig is als hij 225 loyale Kamerleden treft.”
Naast Kamerleden, ambassadeurs, ministers, Raad van State en burgemeesters van grote steden is er op 30 april ruimte voor 540 ‘gewone’ Nederlanders. „Ik heb gezegd: de schaarse plekken gaan we niet alleen met bobo’s vullen. Dit is een feest voor alle Nederlanders.” In totaal zijn er 2045 plekken, 1000 minder dan toen Beatrix destijds op de troon kwam te zitten. Vanwege strengere veiligheidsvoorschriften, aldus De Graaf.
De Graaf was in 2009 burgemeester van Apeldoorn en maakte in die hoedanigheid de dramatische aanslag op Koninginnedag, waarbij Karst Tates met zijn auto op publiek inreed, van dichtbij mee. Hij zegt nu dat hij niet weet of die dag hem heeft veranderd, maar hij denkt dat hij wel meer relativeert. „Als je zoiets hebt gezien, besef je eens te meer dat je niet alles in de hand hebt. We hielden voor die dag rekening met 100 scenario’s en scenario 101 geschiedde. Daar voel ik me nog steeds verantwoordelijk voor.”