Kerk & religie

Mijn zonden

Lukas 23:34a

27 March 2013 09:08Gewijzigd op 15 November 2020 02:42

„Vader, vergeef het hun; want zij weten niet wat zij doen.”

Jezus had niets misdaan. Maar wij waren in zonden ontvangen en hadden vele doodzonden. U en ik hebben gezondigd. En nu lijdt Hij, opdat de zonde mag ophouden en vergeven worden; niet omwille van onze verdienste, heiligheid en ons werk, maar omwille van Zijn vergoten bloed. Daarom zegt Hij: „Vader, vergeef hun.”

Onthoud deze tekst en verklaar hem zo, dat u –als u hoort van het lijden en het vergoten bloed van de Heere Christus en ziet Zijn wonden, doornenkroon, littekenen van de nagelen en Zijn kruis– dan zegt: „Dat is geschied omwille van mijn zonden, opdat ik daardoor vergeving ontvangen zou.”

En waar vergeving van zonden is, daar kan de dood niet blijven. De dood moet ophouden, gelijk Paulus zegt (Rom. 5): „Waar geen zonde is, daar kan ook geen dood zijn.” Is de zonde vergeven, dan heeft de dood ook geen recht meer! Wanneer nu de verkondiging gehoord wordt dat er geen zonde meer is, dan is de zonde weggenomen en dan moet daar eeuwige gerechtigheid zijn en heeft de dood geen recht of macht meer over de mensen. Dan moet daar eeuwig leven zijn!

Daarom is alles gelegen aan het priesterdom van de Heere Christus. Niemand heeft deze spreuk zo goed begrepen als de Hebreeënschrijver (5:7): „Christus heeft in de dagen van Zijn vlees geofferd, gebeden en smekingen met sterk geroep en tranen.”

Maarten Luther,
hervormer in Duitsland

(”Kerkpostilles II 
Goede Vrijdag”, 1540)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer