Weinig hoop voor ontvoerde kinderen in Mali
BAMAKO – Een van de zonen van Amina Diallo, de 14-jarige Salif, wordt al sinds augustus vorig jaar vermist. Ze denkt dat islamisten hem op weg naar de markt in Gao, in het noorden van Mali, hebben ontvoerd om hem in te lijven als kindsoldaat.
Voor Salif en de tientallen andere kindsoldaten is er weinig hoop. „Waar hij ook is, hij moet weten dat ik nog altijd bid dat hij levend en wel terugkomt”, zegt Diallo.
Door de Franse interventie kon het Malinese leger het noorden van het land in januari heroveren. Dat was meer dan een jaar bezet door militanten van al-Qaida in de Islamitische Maghreb (AQIM).
Maar nog steeds is er chaos. Honderdduizenden mensen zijn op de vlucht, kinderen worden vermist en er is gebrek aan voedsel.
Diallo en haar vier andere kinderen wonen nu bij familie in Bamako. Ze zijn uit Gao in oktober vertrokken. Maar ook al hoopt ze nog op de terugkeer van Salif, de kans is klein dat ze hem nog ziet. Van de lokale autoriteiten kreeg ze alleen te horen dat ze haar verlies betreurden, en dat het Malinese leger zijn best deed om de kinderen terug te vinden.
Volgens Laura Blank van de christelijke hulporganisatie World Vision lopen kinderen nog steeds gevaar. „Kinderen die niet in de gaten worden gehouden, zijn ook kwetsbaar voor seksuele intimidatie en geweld. En zij kunnen nog steeds door gewapende groepen gerekruteerd worden als kindsoldaten.”
In een vorige maand gepubliceerd rapport van Human Rights Watch (HRW) staat dat zelfs kinderen van 11 jaar aan het front vochten met de islamistische rebellen. Geschokte inwoners vertelden aan de mensenrechtenorganisatie dat ze na de gevechten de lichamen van kindsoldaten hebben gezien in bloedplassen. Volgens het VN-kinderfonds Unicef zijn er vorig jaar ten minste 175 kindsoldaten ingezet in het conflict.
Niet alle kinderen namen deel aan de gevechten. Sommigen werden gebruikt als portiers, koks of spionnen, of ze werden aan de strijders aangeboden als seksslaven.
Oumou Camara moest toezien hoe zwaar bewapende mannen in Gao van deur tot deur gingen en haar 16-jarige dochter meenamen. Ze zochten naar minderjarige meisjes, weduwen en ongetrouwde vrouwen om „uit te huwelijken” aan de moedjahedien. „Ze namen mijn dochter mee met de wapens in aanslag en ze dreigden ermee ons dood te schieten als iemand in het huis bezwaar maakte”, zegt de moeder van zeven kinderen. „Ik heb haar nooit teruggezien.”
Camara heeft alle hoop opgegeven. „Wat kunnen de autoriteiten doen als ze zelfs hun eigen oorlog niet kunnen voeren? Ik sta machteloos en kan alleen hopen en bidden.”
Hulporganisaties zijn ook bezorgd over de groeiende voedselcrisis. Oxfam International zegt dat prijzen de hoogte in geschoten zijn. De prijs voor rijst is sinds oktober met meer dan 50 procent gestegen.