Het geweld is de laatste tijd afgenomen, maar gewapende opstandelingen slaan nog geregeld toe. Duidelijk is dat Irak, een jaar na de terugtrekking van de Amerikaanse troepen uit het land, nog steeds niet stabiel is.

De golf aanslagen heeft grote symbolische waarde nu Irak zich opmaakt voor de herdenking van de door de Verenigde Staten geleide invasie in het land op 20 maart 2003. De invasie had al snel de val van Saddam Hussein tot gevolg, maar leidde ook tot jaren van bloedvergieten tussen soennieten en sjiieten en tussen opstandelingen en de Amerikaanse en coalitietroepen. In totaal verloren meer dan honderdduizend Irakezen het leven. Aan Amerikaanse zijde vielen 4500 dodelijke slachtoffers.

Sektarische spanningen en etnische rivaliteit staan echte nationale eenheid nog altijd in de weg. Dat bleek dinsdag opnieuw toen de overwegend sjiitische Iraakse regering besloot om in twee provincies, die een soennitische meerderheid kennen, de aanstaande provinciale verkiezingen met een halfjaar uit te stellen. In de provincies Anbar en Ninevah wordt al drie maanden fel gedemonstreerd tegen de regering. Volgens de regering is tot het uitstel besloten op verzoek van diverse politieke blokken.