Alle 50 toestellen die wereldwijd vliegen werden in januari aan de grond gezet. Toezichthouders in de Verenigde Staten en Japan besloten daartoe, nadat brand was uitgebroken aan boord van een geparkeerde 787 in Boston van luchtvaartmaatschappij Japan Airlines (JAL). Een toestel van All Nippon Airways (ANA) kreeg tijdens de vlucht problemen, waarbij rook werd opgemerkt aan boord. Dat vliegtuig moest een noodlanding maken.

Al snel werd bekend dat de oorzaak moest worden gezocht bij de accu’s van de vliegtuigen, of de systemen die de lithium-ionbatterijen monitoren. De precieze aanleiding werd echter nog niet bekendgemaakt. De accu’s en de systemen zijn nu wel aangepast en Boeing claimt dat brand uitgesloten is met het nieuwe ontwerp. De Japanse toeleverancier GS Yuasa, die de batterijen maakt, heeft Boeing toegezegd mee te werken aan strengere controles van de accu’s.

De Amerikaanse vliegtuigbouwer is begonnen met intensieve tests van het nieuwe ontwerp en denkt daarmee binnen een aantal weken klaar te zijn. De Japanse luchtvaartautoriteiten stellen echter dat het voorbarig is om al zo’n inschatting te maken. Inmiddels raakt het parkeerterrein van Boeing in Seattle behoorlijk vol. Ondanks dat er een wereldwijd vliegverbod voor de nieuwe toestellen werd ingelast, ging de fabrikant door met de productie van de toestellen.

Japan is de grootste afnemer van de Dreamliner. De luchtvaartmaatschappijen Japan Airlines en All Nippon Airways (ANA) hebben bij elkaar opgeteld 24 toestellen in de vloot, bijna de helft van het wereldwijde totaal. Eind februari maakte ANA bekend al zijn vluchten, in totaal 1700, met de 787 tot en met het eind van mei te schrappen. Zodra de toestellen weer de lucht in kunnen, gaan de gedupeerde vliegmaatschappijen met Boeing om tafel om te kijken voor een passende compensatieregeling.