Homohuwelijk alleen haalbaar als ‘gewone’ huwelijk al is verzwakt
Het homohuwelijk is in Europa aan een opmarsje bezig. Tot nu toe waren het vooral de kleine landen zoals Nederland en België die deze ‘openstelling’ invoerden, nu volgen de grote landen Frankrijk en Groot-Brittannië. En in Duitsland zeggen sommigen dat het onontkoombaar is.
Nu beweren voorstanders van het homohuwelijk dat zij anderen niets afnemen. Hetero’s kunnen gewoon getrouwd blijven. Maar ze moeten hun voorrechten niet voor zichzelf houden. Die tijd is voorbij.
Getrouwde homo’s zullen je dus geen kwaad doen. Toch is dat wel zo, zegt de Engelse socioloog dr. Patricia Morgan. Voor een commissie van het Britse parlement stelde zij vorige week dat het homohuwelijk alleen kan worden ingevoerd als het huwelijk toch al is verzwakt, en de interesse ervoor zal er nog verder door afnemen.
Laat de Britse regering nu juist het tegendeel hebben beweerd. Minister van Binnenlandse Zaken Theresa May noemde getrouwde homo’s „de zendelingen voor een sterker huwelijk.” En ook premier Cameron heeft steeds beweerd dat juist zijn sympathie voor het huwelijk leidde tot het voorstel om dit voor homo’s open te stellen. Hij werd in 2005 als gezinsman gekozen.
In Groot-Brittannië is de motivering bij de wet anders dan in Nederland. Hier kwam het voorstel voort uit het links-liberale D66, waarin huwelijk en gezin altijd al truttig werden gevonden.
Morgan ziet in het voorstel voor het homohuwelijk ook een poging om het huwelijk zelf af te breken. Haar boodschap is: Wie voor het huwelijk is, houde zich hier verre van. Vanuit haar onderzoek beweert Morgan dat in andere landen echtscheiding en ongehuwd samenwonen na invoering van het homohuwelijk verder zijn gestegen.
Morgan zegt dus niet dat homo’s het huwelijk afbreken. Dat hebben de hetero’s zelf gedaan. Maar het homohuwelijk past wel in deze tendens van steeds verdere individualisering, waarin het omzien naar anderen (man, vrouw en kinderen) minder past.
Door het individualisme is ook de verbinding tussen huwelijk en ouderschap verzwakt. Getrouwde mensen kiezen er immers ook voor geen kinderen te ‘nemen’, en anderzijds vormen alleenstaande mensen soms wél een gezinnetje. Dat kan allemaal.
Dat weet Morgan ook. Maar zij ziet in het homohuwelijk een signaal dat ook de wetgever geen waarde meer hecht aan de verbinding tussen huwelijk en ouderschap. Juist vanwege de positie van kinderen, komt het huwelijk een juridische, sociale en ethische bescherming toe die bij een homorelatie doorgaans niet nodig is (al komt daar ook adoptie voor).
Op de internetpagina van de homokrant Pink News verschenen vervolgens tientallen reacties. En op internetfora uiten homo’s zich doorgaans niet zo subtiel: Mevrouw Morgan was daarom een bevooroordeelde „godsdienstige gek” die niet anders voortbracht dan „stinkende paardenstront.”
Opvallend is dat de Duitse christendemocraten zich ook op kinderen beroepen om het homohuwelijk af te wijzen. In Duitsland wordt verwacht dat het grondwettelijk hof het homohuwelijk binnenkort neerzet als logische vorm van gelijkberechtiging. Voorafgaand daaraan noemde CDU-fractieleider Volker Kauder vorige week in Der Spiegel de positie van kinderen „het beslissende onderscheid” met andere betrekkingen.
Morgan en Kauder hebben waarschijnlijk het gelijk aan hun kant. Maar toch zullen ze dat gelijk niet krijgen. En wel precies om wat Morgan aanvoert: het is alles inflatie rond het huwelijk. Zo ook bij het Duitse grondwettelijk hof: hoewel de Duitse grondwet huwelijk en gezin „bijzondere bescherming van de staat” belooft, heeft het hof meermalen uitspraken gedaan die homorelaties aan het huwelijk gelijkstellen.
Het huwelijk is inzet van een gelijkheidsstrijd die –zoals vaak bij ideologieën– voor de meerderheid van het volk inmiddels logisch is. Maar zouden hetero’s in de vorige decennia respectvoller en waardiger met het huwelijk zijn omgegaan, dan zou de zaak misschien anders hebben gelegen.
Reageren? buza@refdag.nl