Volgens de raad blijft de gemiddelde vergoeding voor rechtszaken daarmee de komende jaren in stand. In 2014 en 2015 blijft het budget voor de rechtspraak op het huidige niveau. In 2016 levert de rechtspraak iets geld in, om tegemoet te komen aan de bezuinigingen van het kabinet. Dat zou niet ten koste gaan van de kwaliteit van de rechtspraak omdat rechters efficiënter moeten gaan werken.

Opstelten en de rechtspraak onderhandelden de afgelopen periode over de financiën voor de komende jaren. „Dit is een tijd waarin het kabinet elk dubbeltje omdraait. De uitkomst van de onderhandelingen doet recht aan de noodzaak de kwaliteit van de rechtspraak te garanderen, maar ook aan de noodzaak dat iedereen een bijdrage levert aan de bezuinigingen van dit kabinet”, meldt de raad daarover.

Begin dit jaar werd duidelijk dat onder rechters en raadsheren (rechters in hoger beroep) onrust bestond over de toekomst van de rechtspraak. In een manifest stelden zij dat de rechtspraak steeds meer een cijfertjesfabriek was geworden. De raad kwam zelf ook al tot de conclusie dat de situatie met name bij straf-, familie- en jeugdzaken en in hogerberoepszaken zorgelijk is. Maar er wordt niet langer alleen maar gekeken naar geld en productie, maar naar de totale prestatie van gerechten. Leidt dat tot rode cijfers bij rechtbanken of gerechtshoven, dan zal de Raad voor de rechtspraak „daar verantwoordelijkheid voor nemen”.