Wim Kuiper, voorzitter van de Besturenraad, noemt het onverstandig om het overleg van scholen in de regio op deze manier onder druk te zetten. Volgens hem gebeurt er al heel veel om de krimp goed op te vangen. Een positieve prikkel om dat overleg om te zetten in daden zou wel verstandig zijn, vindt Kuiper.

Daarnaast stelt hij dat het niet zo is dat een kleine school geen kwaliteit kan leveren. Ook Leon Meijer van vakbond CNV Onderwijs benadrukte dat nergens een link te vinden is tussen kwaliteit en het aantal leerlingen. Hij wil dat scholen de kans krijgen om gezamenlijk maatwerk te leveren. Daar is Christine Spijk van de Vereniging Katholiek Onderwijs (VKO) het mee eens. „De opheffingsnorm die nu wordt voorgesteld, past niet bij maatwerk”, stelde ze vast.

Volgens de PO-raad hebben scholen nu te weinig ruimte om de problemen met het teruglopende aantal leerlingen creatief op te lossen. Het oprichten van een samenwerkingsschool is moeilijk en het uitruilen van scholen tussen gemeenten biedt ook niet altijd soelaas. „Wij zouden heel graag willen dat dit in de wet aan de regio’s wordt overgelaten”, stelde bestuurder Simone Walvisch.

De Onderwijsraad adviseerde in februari basisscholen niet pas te sluiten als ze 23 leerlingen hebben, maar al als ze onder de 100 duiken. Daardoor zouden 1300 scholen de deuren moeten sluiten. De raad vreest dat kleine scholen hun werk niet goed genoeg kunnen doen. Ook maakt de raad zich zorgen over de omslag van een grote naar een kleine school, die veel teams maar moeilijk kunnen maken.

Staatssecretaris Sander Dekker van Onderwijs heeft het advies nog op zijn bureau liggen. Hij noemde het eerder zeer aangrijpend, maar stelde zijn ogen niet voor de problemen te willen sluiten. „Nu kunnen we er nog wat aan doen, over een paar jaar wordt het lastiger.”