Koning Marokko brengt verbetering in positie van vrouwen
De Marokkaanse vrouw is de twintigste eeuw binnengetreden. Koning Mohammed VI heeft een diepgaande hervorming aangekondigd van de ”mudawana”, het persoonlijke statuut van de vrouw uit 1958. Dat deed hij afgelopen vrijdag bij de opening van het parlementaire jaar.
Elf maatregelen heeft het staatshoofd beloofd. Die zullen niet als koninklijk besluit worden afgekondigd, maar in een wet. Marokko voegt zich op deze manier bij Tunesië en Libanon, die de voorhoede van de Arabische wereld op het terrein van de emancipatie van de vrouw vormen.
Koning Mohammed VI zei in zijn rede dat de hervorming bedoeld is om „een einde te maken aan de onrechtvaardigheid ten opzichte van de vrouw, de rechten van het kind te beschermen en de menselijke waardigheid in stand te houden.” Om dat te bewerkstelligen, wees hij op „de gelijkheid van de rechten en plichten” van de echtgenoten en de noodzaak om de verplichte gehoorzaamheid van de vrouw aan haar man af te schaffen.
Het gezin zal onder de verantwoordelijkheid vallen van beide echtgenoten, niet alleen meer onder die van de man. De verstoting van de vrouw zal niet meer kunnen plaatsvinden, want de scheiding tussen man en vrouw zal aan de eisen van een echtscheiding onder rechterlijk toezicht moeten voldoen. De echtscheiding zal pas in werking treden wanneer alle rechten van de vrouw en haar kinderen zijn gegarandeerd.
De Marokkaanse vrouw zal, ook al is zij gescheiden, de voogdij over haar kinderen kunnen behouden. De wettelijke minimumleeftijd voor vrouwen om te trouwen zal verhoogd worden naar 18 jaar in plaats van de huidige 15 jaar. De vrouw zal niet meer tegen haar wil uitgehuwelijkt kunnen worden.
Polygamie wordt niet verboden, maar bijna onmogelijk gemaakt: de eerste vrouw van de echtgenoot die meer vrouwen wil nemen, zal daaraan namelijk haar goedkeuring moeten verlenen. Zij zal ook in haar huwelijkscontract een clausule kunnen opnemen die polygamie verbiedt. Polygamie zal eveneens door de rechter moeten worden goedgekeurd, die vast moet stellen of de man in staat is de tweede vrouw en haar kinderen dezelfde waardige behandeling te geven als zijn eerste vrouw. Speciale rechtbanken zullen toetsen of de wet daadwerkelijk wordt toegepast.
De koning legde er in zijn toespraak tot het parlement meermalen de nadruk op dat de aangekondigde veranderingen „een modern wetboek in totale harmonie met de geest van onze tolerante godsdienst” zullen teweegbrengen. „Zij moeten niet met extreme reacties ontvangen worden”, voegde hij eraan toe. Dat was een duidelijke verwijzing naar de mogelijke bezwaren van islamitische partijen in het land. In de hoedanigheid van ”Emir al-Moemienien”, Leider van de Gelovigen, is de Marokkaanse koning de hoogste religieuze autoriteit van het land.
De reacties waren tot nu toe gematigd. Een vooraanstaand lid van de regeringspartij Istiqlal, Malika Assimi, zei dat de toespraak van de koning „het juiste antwoord op de verwachtingen van de Marokkaanse vrouwen” was. Nezha Skalli van de voormalige Communistische Partij beschreef de koninklijke toespraak als „historisch.” Zelfs van de kant van de Partij van de Rechtvaardigheid en de Ontwikkeling, de legale islamisten, was geen kritiek te horen: „De koning zegt dat deze hervormingen toegepast zullen worden met het oog op de vervulling van de doelen van de sharia, die ernaar streven een rechtvaardige band te scheppen tussen de leden van een gezin”, aldus fractievoorzitter Mustafa Ramid.
De Marokkanse vrouw is hard aan de voorgestelde modernisering toe. Tot de parlementsverkiezingen in 1993 had geen enkele vrouw zitting in de volksvertegenwoordiging. Dat jaar haalden twee vrouwen het parlement, op een totaal van 33 kandidaten. De volkstelling uit 1994 maakte gewag van een bijzonder hoog analfabetisme onder de vrouwen. Over het geheel genomen was dat percentage 67, en maar liefst 89 op het platteland, tegenover 49 procent in de steden. In datzelfde jaar was voor het eerst de stedelijke bevolking iets groter dan die op het platteland: 51,4 procent.
Kort na zijn troonsbestijging in 1999, toen zijn vader Hassan II stierf, verschafte Mohammed VI de voorstanders van een democratiseringsproces in Marokko hoop. Daaronder bevonden zich ook vrouwenorganisaties die onder Hassan II het lot van de Marokkaanse vrouw hadden getracht te verbeteren. De Marokkaanse grondwet stelt de vrouw gelijk aan de man, maar haar persoonlijke vrijheid wordt geregeld via de genoemde ”mudawana”. Hassan II erkende in 1992 dat die tekst „discriminerend” en „onrechtvaardig” was. In 1993 deed hij een eerste poging het statuut uit 1958 te moderniseren. Het bleef bij een poging, ondanks de meer dan 1 miljoen handtekeningen die vrouwenorganisaties hadden ingezameld. Geen enkel fundamenteel discriminerend aspect werd eruit verwijderd: noch de polygamie, de verstoting of de ongelijke verdeling bij erfenissen.
Mohammed VI weet dat hij zich in een wespennest begeeft door aan de ”mudawana” te komen. In maart 2002 vond de grootste manifestatie plaats in de geschiedenis van Marokko. Die was door de islamisten georganiseerd om te protesteren tegen mogelijke hervormingen van het statuut van de vrouw.
”M6”, zoals Mohammed VI door zijn vrienden genoemd wordt, verloor al snel de reputatie als hervormer die velen in de nieuwe koning meenden te zien. Enkele maanden na zijn kroning bleek dat ondanks het vertrek van enkele kopstukken uit het voormalige regeringsapparaat, de oude garde toch de situatie stevig onder controle hield. Recente maatregelen tegen de persvrijheid, zoals de arrestatie van de journalist Ali Lmrabet, zijn daar de bevestiging van. Of zoals diezelfde Lmrabet vijf maanden na de dood van Hassan II al in een artikel stelde: „De mensen veranderen, het systeem blijft.”
Nu heeft de koning de knoop doorgehakt in de strijd tussen conservatieven en islamisten enerzijds en socialisten en liberalen anderzijds. De maatregelen vloeien voort uit de conclusies van een speciale adviescommissie, onder voorzitterschap van de conservatief Mohammed Bucetta, een voormalige vooraanstaande minister.
De aangekondigde hervorming van de ”mudawana” zou een eerste stap kunnen zijn in de richting van democratisering in Marokko, een land waar het paleis het parlement stevig in zijn greep heeft. Dat zou nu dan de garantie moeten zijn dat de hervormingen niet bij woorden blijven.