Opinie

Agrariërs verdienen steuntje in de rug

Agrariërs hebben het moeilijk. Stedelingen zouden daarom meer waardering moeten tonen voor hun werk – het belangrijkste beroep op aarde, betoogt D. Koole.

D. Koole
12 March 2013 22:42Gewijzigd op 15 November 2020 02:26

Stedelingen leven wel ván maar niet altijd even sterk mee mét de boer. De boer, zowel de akkerbouwer als de veehouder, voelt zich vergeten.

De problemen in de landbouw stapelen zich hoog op. Er worden agrariërs lasten en beperkingen opgelegd die in een situatie van sterk teruglopend rendement niet of nauwelijks te dragen zijn. Om het rendement niet nog meer te laten dalen, moet er op veel boerderijen hard worden gewerkt. Tussen inspanning en ontspanning bestaat geen evenwicht. Stedelingen gaan regelmatig, soms meerdere keren per jaar, met vakantie. Boeren in de regel niet. Dat kan gewoon niet lijden.

Met name in de melkvee- en de akkerbouwbedrijven wordt met zorg tegen de Europese landbouwhervormingen aangekeken. Als gevolg van de dalende prijzen neemt het aantal faillissementen in deze sectoren sterk toe. Ook telers van bloembollen, snijbloemen en verscheidene koolsoorten en andere groenten kampen met hevige concurrentie uit het buitenland.

Boeren proberen van tijd tot tijd aandacht te vragen voor hun belangen. Hun mogelijkheden daartoe zijn echter niet zo groot en het effect ervan blijft in de regel beperkt. Publieke protesten, demonstraties, blokkades en stakingen leveren andere sectoren niet zelden één of meer procenten financiële positieverbetering op. Bij de boeren is dat vaak niet het geval. Hun tractoren op de wegen worden door veel mensen als hinderlijk ervaren en de aardappelen en wortelen die ze massaal op marktpleinen deponeren bij wijze van bezwaar tegen de veel te lage prijzen sorteren niet veel méér effect dan de uitnodiging aan het publiek zich voor enkele dagen van gratis warm eten te voorzien.

In de afzondering van het boerenbestaan wordt veel geleden. Met moeite houdt men het hoofd boven water. Veel boeren hebben een christelijke achtergrond en zullen morgen op biddag in de kerk te vinden zijn. Niet om de kerk te vragen de problemen in de agrarische sector te helpen oplossen. Dat behoort niet tot de roeping van de kerk.

Wat wél van de kerk wordt gevraagd is aandacht, medeleven, begrip, invoelingsvermogen, pastorale begeleiding en waardering voor een beroep dat niet alleen als het oudste maar ook als het belangrijkste op onze aarde moet worden aangemerkt. Als in één beroep zich de goddelijke opdracht tot het beheren en bewerken van deze aarde manifesteert dan wel in dat van de boer. We zijn ons dat misschien wel eens te weinig bewust, maar de Bijbel zit vol met informatie over het bebouwen van deze aarde en over het verbouwen van wat hij voortbrengt. De Schrift is sterk doortrokken van geestelijke noties en geloofsuitingen die heel direct of symbolisch op de landbouw teruggaan.

Bovendien, in het land en zijn vruchten, in het vee met melk- en slachtproducten en in de inspanningen van hen die in deze sector werkzaam zijn, liggen onder de zegen van God voorwaarden voor de overleving van ons allen besloten. Zelfs de koning wordt van het veld gediend. In de instelling van bijzondere bid- en dankdagen heeft de kerk dat ook uitgesproken. In alle gebed voor maatschappelijke welvaart staat de vraag om zegen over wat seizoen in seizoen uit in de agrarische sector gebeurt centraal.

Zonder boer, zonder zijn grote inspanningen en zonder onze tuinders en hun producten zouden we nergens zijn. Het is daarom goed om ons in de economische situatie en in de politieke machtsverhoudingen van dit moment, de moeilijke positie van onze boeren in te denken en daarvan tegenover hen ook iets te laten blijken.

Uit alle sectoren van de samenleving loopt men vandaag de dag te hoop, protesteert en staakt men voor handhaving of verbetering van eigen materiële positie, dikwijls met succes. Het ligt eigenlijk niet zo in de aard van de boer om schreeuwend over straat te gaan en zijn belangen met harde middelen te bepleiten. Veel tijd onttrekken aan het werk op het land past bovendien niet in het programma van de boer. In de gang der seizoenen moet het werk doorgaan.

Als mensen in de zomer in een agrarische omgeving vakantie houden, is het mogelijk een idee om eens een gesprek aan te gaan met een boer over zijn vreugden en zorgen. Het kan voor de boer bevrijdend en verlichtend zijn als hij iets van het beroep dat hem lief is, kwijt kan aan de stedeling; als hij merkt dat er aandacht is voor zijn werk.

Ook in de zondagse samenkomsten van de gemeente zouden de zorgen van onze boeren, in samenhang met andere maatschappelijke vraagstukken die met het leven op de boerderij, misschien wat vaker dan nu gebeurt in gebed aan de Heere God moeten worden voorgelegd. En in het pastoraat zou de psychische ontregeling die zich volgens officiële cijfers van heel wat boeren en hun vrouwen meester heeft gemaakt, misschien ook wat meer aandacht mogen krijgen.

De auteur was werkzaam in de financiële sector en ruim 45 jaar ouderling van de christelijke gereformeerde kerk te Den Haag-Zuid.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer