Nasraoui vecht voor mensenrechten Tunesië
RIJSWIJK (ANP) – De Tunesische advocate Radhia Nasraoui, die woensdag in Vlaardingen de Geuzenpenning krijgt, strijdt al 32 jaar voor de rechten van de mens en tegen onderdrukking. Zij behoorde in 2003 tot de oprichters van de Vereniging ter Bestrijding van Martelingen in Tunesië (ALTT). Als voorzitter van deze mensenrechtenorganisatie heeft Nasraoui meerdere malen aandacht gevraagd voor de bescherming van mensenrechten en de onafhankelijke rechtspraak.
De advocate (1953) kwam al op voor de politieke gevangenen tijdens het bewind van Habib Bourguiba, de eerste president van het in 1956 onafhankelijk geworden Tunesië. Zij kwam onder meer op voor jongeren die na demonstraties waren gearresteerd.
Nasraoui heeft zich als advocaat gespecialiseerd in het internationaal recht en in het verdedigen van politieke gevangenen die onder zware omstandigheden hun gevangenschap moeten ondergaan. De politieke achtergrond van de gevangenen of hun religie is voor haar niet van belang: elke gevangene heeft recht op respect voor zijn lichamelijke integriteit en een eerlijk proces.
De advocate moet onder bijzonder moeilijke omstandigheden werken. Haar kantoor werd herhaaldelijk overhoop gehaald, haar auto werd gestolen en er werd enorme druk uitgeoefend op haar cliënten om geen gebruik meer te maken van haar diensten. De autoriteiten hinderden haar in haar werk door haar het recht te ontnemen haar cliënten te bezoeken, haar post te onderscheppen en haar dossiers te stelen. Ook haar familie is herhaaldelijk lastiggevallen en bedreigd.
Nasraoui probeert ook de positie van de vrouw in Tunesië te verbeteren. Zo verdedigde ze in de jaren 90 vrouwen van leden van de Islamitische Partij. Die werden lastiggevallen, geïntimideerd en gemarteld door leden van de veiligheidsdienst, alleen omdat hun mannen bij de oppositie hoorden.
De revolutie van begin 2011, die een einde maakte aan het bewind van president Zine al-Abidine Ben Ali, heeft volgens Nasraoui geen einde gemaakt aan de martelingen in gevangenissen en politieposten. Zij vroeg in augustus vorig jaar aandacht voor tientallen mensen die volgens haar waren gemarteld na protestacties. Zij bepleitte dat de folteraars zich voor de rechter moeten verantwoorden. Tunesië heeft het verdrag tegen marteling wel ondertekend, maar de daders zijn niet berecht en lopen nog vrij rond. Hieronder bevinden zich ook artsen, zegt Nasraoui, die bij het martelen betrokken waren.