Noord-Korea grossiert in bedreigingen
SEOUL (AP) – Zuid-Korea zal branden als een „vuurzee.” Seouls „ratachtige” president zal worden getroffen door een „bliksemschicht.” De mediabedrijven van de zuidelijke helft van het Koreaanse schiereiland zullen door raketaanvallen worden weggevaagd.
Noord-Korea heeft in de loop der jaren vele gedenkwaardige bedreigingen aan het adres van zijn zuiderbuur geuit. Vorige week kwam daar de belofte van een nucleaire aanval op de Verenigde Staten bij. Pyongyang is boos over de sancties die de Verenigde Naties tegen Noord-Korea instelden als vergelding voor de Noord-Koreaanse kernproef van 12 februari.
Seoul brandt niet en deskundigen denken dat het Noord-Korea aan de benodigde technologie ontbreekt voor een kernkop die klein genoeg is om een ballistische raket mee uit te rusten, of zelfs maar om zo’n raket met succes zijn doel te laten treffen. Een conventionele oorlog hoort echter wel tot de mogelijkheden. Hieronder een tijdlijn van enkele van de meer memorabele dreigementen in de 65-jarige geschiedenis van Noord-Korea.
JANUARI 1951: Zes maanden na de invasie van Noord-Koreaanse troepen en het begin van de Korea-oorlog beweert de stichter en leider van Noord-Korea, Kim Il Sung, dat het in feite Amerikaanse en Zuid-Koreaanse militairen waren die overgingen tot een invasie, waardoor Noord-Korea gedwongen was te reageren.
JANUARI 1952: Kim Il Sung vergelijkt de Amerikaanse troepen met de nazi’s en zegt dat de oorlog een massagraf voor Amerikaanse militairen zal worden.
MEI 1972: Kim Il Sung vertelt Harrison Salisbury en John Lee van The New York Times dat „we altijd voorbereidingen treffen voor oorlog” vanwege de vermeende vijandigheid van de VS.
MAART 1993: Noord-Korea zegt in een „semistaat van oorlog” te verkeren door gezamenlijke Amerikaans-Zuid-Koreaanse legeroefeningen. Vanwege onenigheid met Washington over zijn atoomprogramma dreigt Pyongyang zich bovendien terug te trekken uit het internationale Non-proliferatieverdrag.
1994: een Noord-Koreaanse onderhandelaar dreigt dat Seoul zal veranderen in een „vuurzee”, waarmee hij prompt een nieuwe zegswijze introduceert.
SEPTEMBER 1996: Noord-Korea dreigt met een „honderdvoudige en duizendvoudige vergelding” tegen Zuid-Koreaanse troepen die Noord-Koreaanse agenten hebben ontvoerd of gedood.
JANUARI 2002: De Amerikaanse president George Bush schaart Noord-Korea onder de ”as van het kwaad”, samen met Irak en Iran. Pyongyang noemt de uitlatingen in een reactie „niet minder dan een oorlogsverklaring.”
JANUARI 2010: De machtige Nationale Defensiecommissie van Noord-Korea waarschuwt dat het land een „heilige vergeldingsoorlog” zal beginnen tegen Zuid-Korea wegens vermeende plannen van Seoul zich te mengen in onrust in het noorden.
MEI 2010: Een door Seoul geleid internationaal onderzoek legt de schuld voor het zinken van een Zuid-Koreaanse oorlogsbodem bij een Noord-Koreaanse torpedo. Bij de aanval vinden 46 zeelieden de dood. Bij een latere Noord-Koreaanse beschieting op een Zuid-Koreaans eiland komen nog eens vier mensen om het leven.
NOVEMBER 2011: Een dag na grootschalige Zuid-Koreaanse legeroefeningen bij het eiland dat in november 2010 door het noorden werd aangevallen, dreigt het Noord-Koreaanse Volksleger het presidentiële paleis in Seoul te veranderen in een ”vuurzee”.
APRIL 2012: Op een massabijeenkomst in Noord-Korea wordt de Zuid-Koreaanse president Lee Myung Bak uitgemaakt voor „rat.”
JUNI 2012: De Noord-Koreaanse krijgsmacht waarschuwt dat zij artillerie heeft gericht op zeven Zuid-Koreaanse mediabedrijven.
OKTOBER 2012: Een zegsman van de Nationale Defensiecommissie waarschuwt dat het grondgebied van de Verenigde Staten binnen bereik van Noord-Koreaanse ballistische raketten ligt.
MAART 2013: Pyongyang dreigt met een preventieve nucleaire aanval op de Verenigde Staten, naar aanleiding van nieuwe VN-sancties die tegen het stalinistische regime worden ingesteld. Ook zegt Noord-Korea de wapenstilstand met de zuiderbuur op.
