Kamer schort besluit kweken embryo’s op
DEN HAAG – De Tweede Kamer hakt op korte termijn nog geen knopen door over het al dan niet toestaan van het kunstmatig kweken van embryo’s ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek.
Een Kamermeerderheid besloot donderdagmiddag de besluitvorming uit te stellen totdat het kabinetsstandpunt over het onderwerp bekend is.
Wanneer het zover is, is nog niet helemaal duidelijk. Verder dan de toezegging dat ze de Kamer voor de zomer per brief zal informeren, wilde minister Schippers (VVD) donderdagmiddag in het Kamerdebat niet gaan.
Het opheffen van het verbod om te mogen kweken, werd aanbevolen door onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam en de Universiteit Maastricht die de embryowet voor de tweede keer evalueerden en daarover afgelopen najaar rapport uitbrachten. Voor D66 was dat reden genoeg om het onderwerp vandaag aan te kaarten bij het debat.
Minister Schippers wierp echter tegen dat het Kamerdebat zou gaan over een aantal voorstellen van het kabinet Balkenende-IV uit 2008 om de Embryowet aan te passen naar aanleiding van de eerste evaluatie. Een Kamermeerderheid volgde haar in die redenering.
Het debat over deze wijzigingsvoorstellen stond in januari 2012 al op de agenda en later nog een keer in oktober. Beide keren kwam de Kamer om agendatechnische redenen echter niet toe aan het bespreken ervan.
Met het belangrijkste wijzigingsvoorstel uit 2008 om meer prenataal onderzoek toe te staan bij foetussen vóór de geboorte ging een Kamermeerderheid vanmiddag akkoord. Het betreft onderzoek dat niet ten goede komt aan de foetus zelf, maar dat vooral is gericht op het vergroten van wetenschappelijke kennis. Net als Balkenende-IV wil ook Rutte-II hiervoor groen licht geven onder een aantal voorwaarden. Zo moet het gaan om onderzoek dat slechts minimale risico’s met zich meebrengt voor moeder en kind en dat niet kan worden uitgesteld tot na de geboorte. Het met het onderzoek te dienen belang moet bovendien in evenredige verhouding staan tot de risico’s en bezwaren voor de desbetreffende foetus en de zwangere vrouw.
Dat de kwaliteit van de prenatale zorg gebaat kan zijn bij enigerlei verruiming van de onderzoeksmogelijkheden wordt door de Kamer breed onderschreven. Diverse fracties, waaronder CDA, CU, SGP, SP, PVV en VVD, vroegen zich wel hardop af of het criterium minimale risico’s voldoende helder is.
SP, PVV en VVD namen uiteindelijk genoegen met een nadere toelichting daarop van minister Schippers. ChristenUnie en SGP willen dat Schippers de wet zodanig aanpast, dat straks alleen foetaal onderzoek is toegestaan dat volledig risicoloos is.