‘Srebrenica’ zwarte bladzijde in geschiedenis
DEN HAAG (ANP) – De val van de moslimenclave in Srebrenica geldt als een gitzwarte bladzijde in de Nederlandse geschiedenis. Onder het oog van Nederlandse militairen worden ruim 7000 moslimmannen afgevoerd en vermoord. Het leidt tot de val van het tweede kabinet Kok in 2002 en een parlementaire enquête. Ruim 17 jaar later is het boek nog niet gesloten. Donderdag werd duidelijk dat het Openbaar Ministerie (OM) Thom Karremans, toen commandant van de Nederlandse militairen, niet gaat vervolgen.
1991: Het begint flink te rommelen in Joegoslavië. In mei vinden de eerste gevechten plaats tussen Serven en Kroaten. Het kabinet rept in november voor het eerst over de noodzaak voor een internationale vredesmacht in de regio.
1992: De Veiligheidsraad besluit een vredesmacht in te stellen. Nederland stuurt militairen en is ook bereid F-16’s beschikbaar te stellen om een vliegverbod boven Bosnië af te dwingen.
1994: In maart van dit jaar arriveert Dutchbat 1 in Srebrenica. Er sijpelen dat jaar al berichten door over bevoorradingsproblemen voor Dutchbat door toedoen van Bosnische Serviërs.
1995: Het Bosnisch-Servische leger opent de aanval op Srebrenica. Het verzet is zo gering, dat de Servische legerleider Ratko Mladic besluit de hele enclave in te nemen, wat hem op 11 juli ook lukt.
Dutchbat III moet de moslimenclave beschermen, maar dat eindigt in een drama. Servische troepen voeren meer dan 7000 moslimmannen af die niet meer terugkeren. Het blijkt uiteindelijk de grootste genocide in Europa sinds de Tweede Wereldoorlog. Karremans valt vooral op door zijn ongelukkige optreden tijdens een ontmoeting met Mladic.
2002: Het NIOD stelt in april dat de vredesoperatie slecht is voorbereid, maar Dutchbat valt weinig te verwijten. De Nederlandse eenheid kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor de dood van de moslims.
Het Openbaar Ministerie zegt in november dat het in het rapport van het NIOD geen aanleiding ziet een onderzoek in te stellen, omdat niet is gebleken dat strafbare feiten zijn gepleegd.
2004: Kolonel Karremans verhuist naar Spanje, omdat hij in eigen land wordt bedreigd. „Ik ben mijn eigen land ontvlucht en dat doet heel erg pijn.”
2010: Nabestaanden doen in juli aangifte van genocide en oorlogsmisdrijven, onder anderen tegen Karremans.
Het OM in Arnhem begint in augustus van dat jaar naar aanleiding van de aangiften een feitenonderzoek.
2011: Op 3 augustus van dat jaar zegt Karremans in een interview met Nieuwsuur er rekening mee te houden dat hij zich in Nederland voor een rechter moet verantwoorden. „Achteraf heeft men de verkeerde beslissing genomen. En dat ‘men’ zijn mensen die namens mij beslissingen kunnen en mogen nemen.”
2012: Het wordt duidelijk dat de landelijke top van het OM een tweede oordeel wil over het feitenonderzoek. Dat moet komen van een zogenoemde reflectiekamer.
2013: Het OM besluit Karremans niet te vervolgen voor het drama dat zich voltrok in Srebrenica.