Kabinet moet wel/niet extra bezuinigingen doorvoeren
Het CPB rekent het kabinet donderdag vrijwel zeker voor dat het zijn begrotingsdoelen voor 2013 en 2014 dreigt mis te lopen. Grote vraag is of het kabinet, midden in een recessie, nog eens nieuwe bezuinigingen gaat aankondigen om aan de Brusselse eisen te voldoen. Tien argumenten vóór en tien tegen.
Wel bezuinigen
Nederland haalde eerder fel uit naar schuldenlanden zoals Griekenland en Portugal. Nu zélf talmen met bezuinigen is daarom ongepast.
Zeker nu minister Dijsselbloem de eurogroep voorzit, slaat Nederland met een te hoog tekort een modderfiguur in de eurozone.
Het kabinet heeft zich in het regeerakkoord geconformeerd aan de Brusselse begrotingseisen. Nu draaien tast de geloofwaardigheid aan.
Een hoog tekort kraakt het vertrouwen van de financiële markten, waardoor de rente op de staatsschuld oploopt en lenen duurder wordt.
Volgend jaar wordt er alweer een kleine economische groei voorzien. Dat jaar nog een beetje extra bezuinigen, kan dus best.
Doorschuiven is geen optie. Dan wordt het overheidstekort alleen maar op het bordje van jongere generaties gelegd.
De tekortnorm van 3 procent is al veel te hoog. We moeten zo snel mogelijk naar begrotingsevenwicht, of beter nog: een overschot.
Hoewel ongunstig op de korte termijn, creëren de huidige hervormingen en saneringen ruimte voor duurzame groei op langere termijn.
Het verleden leert dat het dak repareren terwijl de zon schijnt hier niet werkt. Er is dus geen alternatief voor de huidige bezuinigspijn.
Terugdringing van het overheidstekort kan het vertrouwen onder consumenten herstellen.
Niet bezuinigen
De negatieve effecten van overheidsbezuinigingen in de huidige recessie blijken veel groter dan eerder was verwacht.
Nu banken, huishoudens en pensioenfondsen al hard op de rem trappen, moet de overheid dat niet óók nog eens doen.
Nú bezuinigen is zinloos. Ondanks de miljardenbesparingen verbetert het tekort amper omdat het herstel zo wordt gefrustreerd.
Financiële markten vallen heus niet over een procentje meer tekort, maar kijken naar de houdbaarheid op langere termijn. Die is prima.
Niet het begrotingstekort moet maatgevend zijn voor het kabinetsbeleid, maar de sociale gevolgen van werkloosheid en faillissementen.
De economische schade die nu wordt aangericht door de omvangrijke bezuinigingen kan Nederland blijvend schade berokkenen.
Nederland is niet het enige land dat de 3 procentsnorm niet gaat halen. Er is geen reden om het beste jongetje uit de klas te willen zijn.
Er wordt al jarenlang voorspeld dat het binnenkort weer beter gaat, maar keer op keer wordt die verwachting naar beneden bijgesteld.
Nederland leende nooit eerder zó goedkoop. Het moet die positie benutten om juist te investeren in onderwijs, infrastructuur en innovatie.
Zo kunnen we uit de schulden ‘groeien’; want hoe hoger de groei, hoe kleiner het relatieve tekort.