Eén letter maakt het verschil
Ds. J. T. Doornenbal kon zich soms opwinden over drukfouten in zijn kerkbodestukken, die hij ongetwijfeld nog in handgeschreven tekst aanleverde. Hij verstoutte zich te zeggen dat drukkers en uitgevers niet in de hemel kwamen vanwege de onwaarheden die ze zo de wereld in brachten. Eén letter kan het verschil maken: net geslaagd of niet geslaagd.
Op een kerkgebouw in ons land, in een in 2004 helaas gescheurde gemeente, hangt (hing) een bord met het verzoek aan vrouwen om niet met ”ongedekten hoofde” ter kerke te komen, met een verwijzing naar 1 Kor. 11 (vers 5). Echter is een 1 weggevallen en wordt dus verwezen naar 1 Kor. 1, waar wordt gewaarschuwd voor verdeeldheid.
Als de Joodse sofeer, de man die de Thorarollen kalligrafeert, zich verschrijft, moet hij helemaal opnieuw beginnen. Zo kende de hervormde gemeente van Huizen ooit een dominee die zijn preek ook opnieuw uitschreef wanneer hij zich even in een letter vergiste.
Zelf voerde ik ooit de redactie van een boek dat er wat de correctie betreft bekaaid afkwam. Het was nog voor het digitale tijdperk, toen er zelfs nog sprake was van loodzetsel. De uitgever reikte me thuis met gepaste trots de uitgave aan. Een halfuur later had ik het boek afgekeurd vanwege het grote aantal fouten dat er door niet nader te noemen redenen was ingeslopen. Alleen al de inhoudsopgave bevatte er vijf. Eén fout deed de deur dicht. Die hing aan één lettertje. Een van de schrijvers gebruikte de uitdrukking het kosmische, ofwel het heelal omvattende, werk van de Heilige Geest. In de gedrukte tekst was echter de eerste s weggevallen. Men zal begrijpen dat een boek met zulk een ketterij het daglicht niet mocht zien. Boek afgekeurd, diezelfde avond nog. Drukkers, uitgevers, correctoren, maar natuurlijk ook de schrijvers zelf hebben een grote verantwoordelijkheid als het gaat om de waarheid.
In mijn geheugen staat de herinnering aan een corrector gegrift die zijn weerga niet heeft gekend. Het was ir. G. B. Smit, van de start tot kort voor zijn overlijden (1980) redactiesecretaris van Theologia Reformata, sinds 1958 de theologische periodiek van de Gereformeerde Bond. Hij was in alle opzichten zeer consequent. In geestelijk opzicht was hij gestempeld door ds. F. Kijftenbelt (1876-1961) in Rotterdam. In zijn woonplaats Arnhem kerkte hij wijkgebonden, al verhinderde hem dat niet om van tijd tot tijd eens ergens anders te gaan eten. Maar tijdens de erediensten in zijn wijk hield hij bij het zingen van een gezang de lippen op elkaar en bleef hij zitten als de gemeente werd opgeroepen te gaan staan, hoewel hij bepaald geen bekrompen man was.
Ik waag het te stellen dat het tijdschrift onder zijn bewind geen enkele fout bevatte. Elke scribent kreeg, consequent als hij was, de kopij een keer terug, soms rood gekleurd vanwege de vele correcties die hij aanbracht.
Een keer struikelde hij over één letter. Op de cover was de naam van een der redacteuren verhaspeld: dr. H. Schroten werd dr. H. Scroten. Op de klank af was dat weliswaar niet fraai, maar verder was er toch niet veel aan de hand. Voor Smit dreigde het een breekpunt met de drukker te worden.
Eén letter maakt soms een groot verschil: sjibbolet of sibbolet.