Het IVM peilde in 2007 en 2011 het niveau van bijna 500 FTO-groepen, het zogeheten ‘farmacotherapie-overleg’ tussen huisartsen en apothekers. De resultaten van het laatste onderzoek werden deze vrijdag pas bekendgemaakt. 60 procent van de groepen blijkt op niveau 3 of 4 te functioneren, de twee hoogste niveaus. Dat betekent dat huisartsen en apothekers regelmatig samenkomen, afspraken maken over bijvoorbeeld het voorschrijven van medicijnen en controleren of die afspraken worden nageleefd. In 2007 functioneerde maar 50 procent op niveau 3 of 4.

Opvallend is dat FTO-groepen die voor hun samenwerking financieel beloond worden door hun zorgverzekeraars, beter samenwerken dan groepen die dat niet doen. Bovendien daalt het niveau van samenwerking als de zorgverzekeraar stopt met belonen.

Toch kan de samenwerking ook op het hoogste niveau nog beter, vindt het IVM, dat graag een vijfde niveau zou willen introduceren. Om niveau 5 te bereiken zouden FTO-groepen dan de landelijke indicatoren voor medicijnvoorschrijving als uitgangspunt moeten gebruiken in hun samenwerking.