Dat heeft een woordvoerder van de politie in Utrecht woensdag gezegd. Medewerkers van het museum probeerden de rovers tegen te houden na hun gedurfde kraak op klaarlichte dag. Dat mislukte, maar de daders moesten wel een tas loslaten. In die tas zat het duurste deel van het liturgische kunstwerk, dat in complete staat 250.000 euro waard is. Er zijn DNA-monsters van de tas genomen.

De rovers arriveerden op een in Duitsland gestolen scooter bij het museum. De duopassagier stapte af, vernielde een ruit, rende het museum in en sloeg daar een vitrine kapot. Uit die vitrine roofde hij de zwaar vergulde monstrans die het museum in langdurige bruikleen had. Op het moment van de roof was het druk in het museum.

Volgens de politie hebben de daders niet veel meer aan hun buit, nu zij het kostbaarste deel niet hebben. Het geregistreerde altaarstuk is incompleet en daarom als kunstwerk onverkoopbaar. De opbrengst van het gebruikte goud en zilver na omsmelten is relatief zeer gering, aldus de politiewoordvoerder.

De politie denkt dat de mannen de monstrans tijdens hun vlucht mogelijk aan een derde verdachte hebben afgegeven. Zelf reden zij naar het Spoorwegmuseum, in de buurt van het Catharijneconvent. Vanaf daar ontbreekt vooralsnog elk spoor van de verdachten.

De verzekering heeft ondertussen een beloning uitgeloofd voor de tip die naar de ontbrekende delen van de monstrans leidt. De politie laat woensdag beelden van een bewakingscamera in het museum zien in het opsporingsprogramma van RTV Utrecht.