Themadag jonge vrouwen in Elspeet
ELSPEET – „Het is niet de taak van een christen om zo ongeschonden mogelijk door deze goddeloze wereld te komen maar om Jezus te volgen.” Dat zei ds. A. Bloemendal vandaag tijdens de themazaterdag voor jonge vrouwen in Elspeet.
De bijeenkomst in Mennorode, die was georganiseerd door de Hervormde Vrouwenbond, was de eerste in een reeks van vier themazaterdagen, twee voor jonge vrouwen en twee voor vrouwen van alle leeftijden. Vorig jaar organiseerde de Vrouwenbond twee themazaterdagen. Zaterdag waren er ongeveer 170 jonge vrouwen aanwezig. Het overkoepelende thema is: ”De Bergrede”.
Ds. Bloemendal benadrukte dat de Heere Jezus de Vader verheerlijkt en dat de Vader de Zoon verheerlijkt. „De Vader en de Zoon vinden de grootste vreugde in het verheerlijken van elkaar.” Hij zei dat Jezus’ volgelingen in die passie worden betrokken door de Naam van de Heere te verheerlijken en groot te maken, „door te leven zoals Hij vraagt in zijn Woord, in de Bergrede”.
In zijn uitleg legde de hervormde predikant er de nadruk op dat het volgen een uiting is van een hartgesteldheid: een weg van geloof en bekering, waarbij de zaligsprekingen het karakter van een christen beschrijven. Hij zoomde vooral in op de verzen 13 en 14 uit Mattheüs 5, waar het gaat over het zout en het licht.
Volgens ds. Bloemendal worden christenen die Jezus volgen vanzelf zichtbaar, als ze Jezus maar volgen. „Het is onze roeping om zout en licht te zijn. We sluiten ons vaak op in ons eigen clubje en leven onopvallend, omdat we buiten schot willen blijven. We zien nu dat christenen achter de voordeur worden gedrongen, maar hebben ze dat niet al lang laten gebeuren?
Het gaat er niet om hoe we door deze goddeloze wereld komen maar wat we voor Jezus willen doen. Dat is een missie. Zoals de Vader en de Zoon gericht zijn op elkaars verheerlijking, zo zijn christenen gericht op de verheerlijking van Christus.”
Christenen dienen anders te zijn dan hun omgeving, zo beklemtoonde ds. Bloemendal. „We moeten ons niet door de wereld laten overwinnen, dan zal die ons meesleuren. Als we de wereld niet haten, zal die ons bevriezen.”
De predikant gaf het voorbeeld van de verspreiding van het licht in een Zwitsers bergdorpje voordat er elektriciteit was. „In een klein kerkje brandde een grote kaars. Elke dag kwamen de bewoners in de schemering naar het kerkje en staken ze hun kleine kaars aan met de grote kaars. ’s Avonds waren de lichtjes in het dorp te zien als gaten in het donker. Hebben wij zo onze levenskaars aangestoken aan de Heere Jezus?”
Praktijk
Rina Molenaar van Woord en Daad vertelde over praktische gevolgen van de Bergrede die ze noemde ”De wereld op z’n kop”: „De hongerigen worden zalig gesproken. De zwakken zijn sterk in Gods koninkrijk. Als ik hen geef, krijg ik van hen dubbel en dwars terug. Zij hebben mij veel gegeven. Het leert me diep te buigen en maakt me bescheiden.”
Ze noemde Salam, een boer en predikant in Burkina Fasso, van wie de oogst in het voorjaar van 2012 mislukte door de droogte en vervolgens in het najaar door de overvloedige regens. Hij zei dat hij niet wist wat te doen. Toen ze hem echter vroeg naar de toekomst, „ging hij staan met een stralend gezicht.
„De toekomst is in Gods hand”, zei hij. „Hij heeft ervoor gezorgd dat we eten hebben. Ik mag mij verblijden in mijn God en Schepper.”
Molenaar stelde dat ze toen de betekenis vatte van Habakuk 3, waar staat dat de profeet zich in God verblijdde, ook als de vijgenboom niet bloeit en de velden geen spijze voortbrengen. „Door de relatie met Christus wordt alles anders. Dat hoef je niet zelf te doen, maar het komt tot stand door het overgeven van je leven aan Hem.”
Als tweede voorbeeld verwees ze naar een jonge christenvrouw in Colombia, Erika, die drie jaar was toen haar vader stierf en ze van haar moeder geen liefde meer kreeg. „Erika kent nu een sterke relatie met haar hemelse Vader. Haar hart is vol liefde, ook al mist ze vader- en moederliefde, en ze straalt liefde uit. In het tehuis waar ze is, lopen ze allemaal om haar heen. Ze deelt uit terwijl we dachten dat ze moest ontvangen. Als het tegenzit, denk ik aan Erika. Ik hoop dat Salam en Erika jullie aanmoedigen om vruchten te dragen.”