Gemeenten bij Rotterdam voor spreiding kansarmen
Mensen met lage inkomens, kansarmen en migranten moeten beter over de regio Rijnmond worden gespreid. De gemeenten rond Rotterdam hebben de taak meer goedkope woningen aan te bieden.
Dat is de kern van de discussienota ”Elk zijn deel”, die de stadsregio Rotterdam woensdag met achttien randgemeenten besprak.
De partijen deelden de analyse dat Rotterdam, Schiedam en Vlaardingen een overschot hebben aan goedkope woningen, vooral in de oude wijken. Dat trekt mensen met lage inkomens aan. In deze wijken stapelen de problemen zich zozeer op dat de Rotterdamse gemeenteraad zich ernstige zorgen maakt. Het college studeert op maatregelen om kansarmen te spreiden; de grootste fractie, Leefbaar Rotterdam, pleit zelfs voor een „allochtonenstop.”
Ook de gemeenten rond Rotterdam vinden dat de stad meer ruimte zou moeten hebben om vooroorlogse woningen en de bekende portiekflats van vier hoog te slopen en duurdere woningen te bouwen. Voor een spreiding van lagere inkomensgroepen over de regio zien ze nog wel bezwaren, bleek woensdag bij de vergadering van de commissie wonen, stedelijke vernieuwing en Vinex van de stadsregio.
Volkshuisvestingsbeleid is maar één instrument, zo wordt bepleit. Dat zou gepaard moeten gaan met maatregelen op het gebied van veiligheid, welzijn en werk. Vertegenwoordigers van ex-groeikernen zoals Spijkenisse en Hellevoetsluis wezen erop dat er door alle bouw van de afgelopen decennia in hun gemeente niet veel ruimte meer is. Bernisse en Bleiswijk mogen van de provincie niet bouwen. Berkel en Rodenrijs, Bergschenhoek en Barendrecht hebben al veel Vinex-woningen neergezet.
Volgens de gemeenten staat of valt een evenwichtiger verdeling van de woningen met de uitgaven voor stedelijke vernieuwing. Rotterdam, Schiedam en de provincie Zuid-Holland beheren nu een pot van 250 miljoen euro voor de komende vijf jaar. Die wordt waarschijnlijk overgeheveld naar de stadsregio, zodat ook andere gemeenten er uit kunnen putten.
De provincie, het ministerie van VROM en de Maaskoepel van woningbouwverenigingen onderschreven de discussienota. De gemeenten gaan het stuk eerst lokaal bespreken, waarna een regionaal overleg volgt.