Niet iedere vermissing komt in aanmerking voor een zogenoemd Amber Alert. Het gebruik ervan bij kwesties waar het risico voor een vermiste persoon niet heel groot wordt ingeschat, neemt volgens Amber Alert namelijk het speciale effect van het systeem weg. Daarom moet een vermissing aan een aantal eisen voldoen.

De vermiste persoon moet jonger dan 18 jaar zijn. Ook moet direct gevaar bestaan voor het leven van het kind of een directe vrees voor ernstige verwonding. Verder moet er voldoende informatie zijn over het slachtoffer, een mogelijke ontvoerder of een gebruikte auto, zodat een Amber Alert de kans vergroot dat een kind snel getraceerd kan worden. Als de noodzakelijke informatie binnen is, moet het alert zo snel mogelijk na de ontvoering of vermissing worden gebruikt.

Het systeem bestaat sinds november 2008. Amber Alert stuurt niet alleen waarschuwingen per sms, maar ook via e-mail, beeldkranten, sociale netwerken op internet en op televisie. De eerste keer was in februari 2009 toen de 4-jarige Lorenzo uit Rotterdam werd vermist. De kleuter werd snel teruggevonden. Ook bij onder meer de vermissing van de 12-jarige Milly Boele uit Dordrecht zond de politie een Ambert Alert uit.

Het idee voor het waarschuwingssysteem kwam overwaaien uit de Verenigde Staten. Het is vernoemd naar Amber Hagerman uit Arlington in Texas. Zij werd op 9-jarige leeftijd in de buurt van haar ouderlijk huis ontvoerd en vermoord.

Iedere dag raken er in Nederland kinderen vermist. Na korte of lange tijd worden de meesten in goede gezondheid teruggevonden. Het gaat vooral om kinderen die weglopen. Enkele keren per jaar zijn er volgens Amber Alert echter vermissingen waarbij het risico voor het vermiste kind groter is dan normaal.