Volgens de Britse toezichthouder op de financiële markten FSA waren minstens 21 medewerkers en één manager van RBS betrokken bij het manipuleren van het internationaal veelgebruikte rentetarief Libor. Omdat de bank medewerking verleende aan het onderzoek viel de boete 125 miljoen pond (145 miljoen euro) lager uit dan anders het geval was geweest, stelde de financiële waakhond.

FSA blijft onderzoek doen naar de manier waarop andere banken omgingen met het rentetarief, dat wordt vastgesteld op basis van onafhankelijk veronderstelde meldingen van bankiers. Eerder kreeg de Britse bank Barclays een boete van 553 miljoen dollar en werd de Zwitserse bank UBS voor 1,2 miljard euro bestraft in verband met de rentefraude.

Volgens de toezichthouder waren de misstanden rond Libor bij RBS wijdverspreid en vonden ze gedurende meerdere jaren plaats. De FSA vond minstens 219 schriftelijke verzoeken voor verkeerde opgaves aan het rentecomité en „een niet te kwantificeren” hoeveelheid mondelinge verzoeken. De handelaren zouden onder meer verboden afspraken hebben gemaakt met collega’s van andere banken die bijdragen aan de vaststelling van het rentetarief.

RBS slaagde er volgens de FSA niet in de risico’s rond Libor goed in te schatten en te managen. Zo werden de medewerkers die verantwoordelijk waren voor Libor niet gescheiden van derivatenhandelaren en werden die handelaren ook zelf in staat gesteld bijdragen te leveren aan het rentetarief. Daardoor konden ze die bijdragen afstemmen op hun eigen handelsposities.