Dat schrijft ChinaAid, een Amerikaanse mensenrechtenorganisatie gericht op China, in het jaarverslag over 2012. Dat kwam deze week uit.

De vervolging van christenen is in 2012 met 41,9 procent toegenomen ten opzichte van 2011. Dat concludeert ChinaAid aan de hand van 132 zaken waarbij 4919 mensen bij betrokken waren. Het aantal mensen dat is veroordeeld in zaken, waarbij sprake is van religieuze vervolging, is met 125 procent gestegen in het afgelopen jaar.

Volgens ChinaAid is de regering in Beijing bezorgd over het groeiende aantal kerken dat zich niet laat registreren. Omdat veel kerken belijden dat ze Christus meer gehoorzaamheid verschuldigd zijn dan de overheid, laten ze zich niet registreren bij de overheidsinstanties als de Drie-Zelfbeweging (TSPM) of de Christelijke Raad van China (CCC).

China benadert daarom deze kerken met een groot wantrouwen. Enkele methoden om het ‘verzet’ te breken, zijn het sluiten van kerken, met geweld verbieden om samen te komen, druk uitoefenen om zich te laten registreren of het gevangen nemen van kerkleiders en sturen naar werkkampen onder het mom van verdenking van activiteiten die de staat ondermijnen. Eigenlijk is niemand in China veilig, zo concludeerde ChinaAid enkele maanden geleden.

Voor veel christenen is het bijwonen van diensten in huiskerken en ondergrondse kerken een noodzaak. De door de staat geleide predikantenopleidingen leveren te weinig voorgangers. Veel Chinezen zoeken daarom een huiskerk op. Voor een groot deel van hen is dat geen politieke keuze: ze dienen God maar voelen zich ook verbonden met het land.

ChinaAid ziet het christendom toenemen in China. Kerken in China groeien tegen de verdrukking in. „De kerk staat nog altijd stevig overeind en groeit als de ceders van Libanon en als fruitbomen geplant bij de stromen, om veel vrucht te dragen wanneer het daarvoor de tijd is.”

Lees hier het volledige jaarverslag.