Eigen rechter
Opnieuw trad winkelpersoneel hardhandig op tegen diefstal. In Amsterdam hebben vier jonge medewerkers van supermarktketen Dirk van den Broek maandag een 43-jarige vrouw zodanig afgetuigd dat ze later aan de verwondingen overleed. Het winkelpersoneel betrapte de vrouw op diefstal van enkele blikjes bier.Het incident is het vierde geval binnen een jaar waarin supermarktmedewerkers eigenmachtig en op hardhandige wijze optreden tegen mensen die zich schuldig maken aan winkeldiefstal. Twee keer grepen medewerkers van een Albert Heijn-filiaal in de hoofdstad een winkeldief, die er niet zonder kleerscheuren en schrammen afkwam. Het derde geval speelde in Ouderkerk aan den IJssel, waar twee groenteboeren en een drogist iemand pakten die producten meenam zonder te betalen.
Eigen rechter spelen kan en mag niet binnen een rechtsstaat. Wanneer iedere burger het recht in eigen hand neemt, ontstaat gemakkelijk wanorde. Daar verlangt geen enkel redelijk mens naar. In zo’n chaotische situatie geldt op den duur alleen nog het recht van de sterkste.
Daar waar wetten en regels worden overtreden, wil de burger dat de overheid daartegen optreedt. Dat is haar primaire taak. „De oversten zijn niet tot vrees van de goede werken, maar van de kwaden.” Deze taak van politie en justitie mag de burger niet overnemen.
Maar die burger heeft er wel recht op dat de overheid haar eerste en belangrijkste taak naar behoren uitoefent. En daar schort het toch wel aan. Te vaak is de politie niet in staat om adequaat en direct te reageren op meldingen van winkeldiefstal. Te druk of onderbezet. Het rechterlijk apparaat geeft geregeld signalen af niet aan de -wat heet- kleinere criminaliteit toe te komen.
Daarmee krijgen ondernemers het gevoel dat de overheid hen in de steek laat. Terwijl er wel degelijk een probleem bestaat. Ieder jaar loopt het winkelbedrijf in ons land 180 miljoen euro mis doordat dieven de goederen hebben ingepikt. En dat ondanks het feit dat de winkeliers met elkaar 90 miljoen euro hebben geïnvesteerd in beveiliging en bewaking. Dat geeft ondernemers het gevoel met de rug tegen de muur te staan.
Eenzelfde gevoel van onveiligheid hebben mensen op straat. Bijna maandelijks melden kranten dat onschuldigen dodelijk slachtoffer zijn geworden van geweld op straat.
Anders dan enkele jaren terug zijn zulke voorvallen nauwelijks aanleiding tot algemene opwinding. Stille tochten na dergelijke incidenten trekken minder aandacht. Dat wijst erop dat de samenleving begint te wennen aan zulke drama’s. En dat er een soort gelatenheid bij burgers optreedt in de trant van: het helpt toch allemaal niets.
De voorvallen van gewelddadig optreden van winkelpersoneel krijgen nu in de media veel aandacht. Er is deernis met de nabestaanden van het slachtoffer. En terecht. De vier betrokken supermarktmedewerkers zijn in hechtenis genomen. Hen wordt grove mishandeling verweten. Ook dat is terecht.
Maar de overheid heeft ook een schuld op haar rekening staan. Al jaren belooft zij te werken aan meer veiligheid op straat. De samenleving wacht nog steeds op zichtbare resultaten.