„Ik ben er stellig van overtuigd dat dit slechts het topje van de ijsberg is”, zei de officier dinsdag. De vier vrouwen worden verdacht van een groot aantal insluipingen bij veelal oudere mensen in heel Nederland. Met een smoes kwamen ze in de woning en namen dan meestal geld of sieraden mee. Alle vrouwen ontkennen.

De vier vrouwen zijn familie van elkaar en wonen allen in Harderwijk. De 50-jarige B. S. is de moeder van de 34-jarige D. S. en de 32-jarige G. S. Verder is ze schoonmoeder van de vierde verdachte, de 27-jarige G. R. Op 21 november begon de politie op basis van sterke vermoedens een onderzoek naar de criminele activiteiten van de dames. De auto van B. S. werd voorzien van een zogeheten peilbaken, zodat het voertuig gevolgd kon worden.

Daaruit bleek al snel dat de auto bijna elke morgen om een uur of acht vertrok en vaak één of meer andere dames oppikte. Een observatieteam heeft de vrouwen meerdere malen gadegeslagen bij hun activiteiten. De bevindingen van het team kwamen overeen met aangiften en de gegevens van het peilbaken. Op 10 maart werden twee vrouwen aangehouden na de zoveelste insluiping. De politie hield de twee andere vrouwen thuis aan.

Bij huiszoekingen werden grote hoeveelheden sieraden aangetroffen met een gezamenlijke waarde van tienduizenden euro’s. De vrouwen zeggen dat de sieraden niet gestolen zijn. Ook zijn geen gestolen sieraden teruggevonden, maar uit verklaringen van enkele juweliers maakte de officier van justitie op dat de sieraden steeds snel werden „omgebouwd” tot een ander sieraad.

De officier eiste drieënhalf jaar cel tegen B. S., die hij als de leidster van de organisatie beschouwt, drie jaar tegen haar schoondochter G. R. en een jaar tegen haar dochter D. S. Tegen G. S. werd een halfjaar voorwaardelijk geëist. Haar voorarrest werd in augustus beëindigd. De officier vindt dat zij veroordeeld moet worden voor de tijd die zij in voorarrest heeft gezeten.

De rechtbank doet op 21 oktober uitspraak.