Opinie

Monastiek of missionair – vermijd de schijn van een keuze

Dienen christenen als monniken de afzondering te zoeken of is het beter om als missionarissen een actieve rol te spelen in de samenleving? Monastiek of missionair – het zou niets toe moeten voegen aan ons christen-zijn, reageert ds. C. Molenaar.

29 January 2013 09:23Gewijzigd op 15 November 2020 01:38
Foto Erik Kottier
Foto Erik Kottier

De Evangelische Omroep organiseerde vorige week een symposium onder de noemer ”Monnik of missionaris?” (RD 23-1). Discussiëren aan de hand van een vals dilemma levert mooie uitspraken op en leidt tot allerlei positiebepalingen. Het kwam allemaal langs: missionaire monniken, monastieke missionarissen, niets monastieks, of een beetje van allebei.

Mijns inziens ontbrak een keuze: geen van beide. Zowel een ”monastiek christen” als een ”missionair christen” probeert iets toe te voegen aan het christen-zijn wat er uiteindelijk juist afbreuk aan dreigt te doen.

Monastieke christenen zouden zich terugtrekken voor de stilte met het Woord en voor de overdenking van het toekomende leven. Missionaire christenen zouden juist de boer op gaan en zich bekommeren om de mens en de wereld van vandaag.

Maar bestaan deze categorieën eigenlijk wel? Is de keuze een reële, een Bijbelse? Of kunnen we gewoon terug naar christen-zijn? Dat we niet meer spreken van missionaire en monastieke gemeenten, maar gewoon van christelijke gemeenten?

Als het gaat over het missionaire is het mij er zeker niet om te doen de Bijbelse noties van ”gezonden zijn” te negeren. Ik ben er ook niet op uit een teruggetrokken christen-zijn te bevorderen. Maar wat begint als de herontdekking van een wezenlijk aspect van het kerk-zijn, en dus als een verlevendiging van de kerk, kan heel gemakkelijk de doodssteek worden voor diezelfde kerk. Dan raken we gewend aan het dilemma: voelt u zich christen, monnik of missionaris? Behoort u tot een traditionele, missionaire of christelijke gemeente? Kiest u maar.

Juist datgene wat wordt toegevoegd, wordt zo onderscheiden en geïsoleerd van het wezen van het christen-zijn. Traditionele kerkverbanden kunnen zich ontdaan voelen van hun christenroeping met verwijzing naar hun zendingswerk of missionaire initiatieven.

Monastiek of missionair – het zou niets toe moeten voegen aan ons christen-zijn. We zouden de schijn van een meerkeuzemenu moeten vermijden. Die luxe lijkt de meeste kerken in deze wereld ook niet vergund. Voor velen is het overleven te midden van gebrekkigheid en tegenstand; hier beneden door genade volhouden met een hunkerend hart naar de genade die nog geopenbaard zal worden. Voor velen bestaan er geen stenen om een kloostermuur te bouwen of planken om een missionaire brug te slaan.

Wat overblijft? Gewoon, christen-zijn. De stilte benutten als het ons gegeven wordt. Een woord paraat hebben als het ons gevraagd wordt.

De Bijbel kent geen kloosters, en ook geen missionaire gemeenten. Wel de kerk van Christus. Heeft die iets monastieks? Wellicht. Is die missionair? Als het goed is wel. Maar voegt dat iets toe aan het van Christus zijn? Als het goed is niet! De Bijbel lijkt om een ander dilemma te draaien: christen-zijn, of niet christen-zijn.

De auteur is namens de Heritage Reformed Congregations werkzaam als zendingspredikant in Malawi.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer