Vroeg opsporen diabetes heeft weinig voordeel
EDE (ANP) – Het vroegtijdig opsporen van suikerziekte via bijvoorbeeld screening levert een patiënt weinig gezondheidsvoordeel op. Dat blijkt uit onderzoek van huisarts Erwin Klein Woolthuis uit Ede. Volgens hem kunnen medici zich beter richten op algemene preventie dan op het ‘zomaar’ testen van mensen zonder klachten.
Klein Woolthuis bestudeerde met collega’s de gezondheid van zo’n 500 suikerziektepatiënten van 10 huisartsenpraktijken uit de omgeving van Nijmegen. De ene helft van de groep was zelf met duidelijke diabetesklachten naar de huisarts gestapt, bij de andere helft was de ziekte ‘toevallig’ ontdekt toen ze op het spreekuur kwamen en suikerziekterisico’s hadden zoals overgewicht of hart- en vaatziekten. Beide groepen werden vervolgens behandeld.
In de 7 jaar daarna was de kans op grote diabetes-gevolgen zoals een hartaanval, beroerte of overlijden voor beide groepen even groot. Diabetespatiënten hebben daar een vergrote kans op, omdat hun bloedvaten na verloop van tijd vernauwen en bloed minder makkelijk door het lichaam stroomt. Klein Woolthuis had juist verwacht dat het verloop van de ziekte en de kans op gevolgen veel gunstiger zou uitpakken bij mensen die getest en behandeld werden voordat de eerste klachten de kop opstaken.
„Maar screening of een bevolkingsonderzoek is dus niet zinvol”, aldus Klein Woolthuis. „Hoogstens voorkom je er mogelijke extra hart- en vaatziekten mee.” Volgens hem kunnen artsen zich beter richten op het geven van de juiste leefstijladviezen aan mensen met een verhoogd risico en bijvoorbeeld het behandelen van overgewicht, dan het controleren of iemand al suikerziekte heeft.
De arts vreest zelfs dat het een averechts effect zou kunnen hebben. „Als je dat bijvoorbeeld doet bij iemand met overgewicht, en de glucose is nog goed, dan kan de patiënt denken: mooi zo. Dan heb je nog steeds niets aan het overgewicht gedaan en blijft het risico op diabetes en daarmee op hart- en vaatziekten verhoogd.”