Dat maakte de Europese brancheorganisatie AEA woensdag bekend. De 29 leden van de organisatie die cijfers hebben aangeleverd, vervoerden in 2012 in totaal 370 miljoen passagiers. Van hen reisden er 278 miljoen binnen Europa en 92 miljoen van en naar overzeese bestemmingen.

De sterkste groei zat in Noord-Afrika, maar daar was het vergelijkende cijfer uit 2011 erg zwak als gevolg van de politieke onrust die de regio dat jaar teisterde. Ook de vraag naar vliegreizen van en naar Latijns-Amerika en het Verre Oosten ontwikkelde zich sterk, aldus de AEA.

De groei in passagiers vertaalt zich volgens AEA echter niet in betere financiële prestaties. Stijgende kosten leidden ertoe dat de Europese luchtvaartmaatschappijen over 2012 operationeel verlies draaiden. Dat komt onder meer door de zwakke euro en toenemende regeldruk, aldus de brancheorganisatie.

Terwijl de zwakke euro goed is voor de Europese export, heeft de luchtvaart er juist last van. De meeste Europese luchtvaartmaatschappijen behalen hun omzet grotendeels in euro’s terwijl veel van hun uitgaven, met name brandstof en vliegtuigen, in dollars worden afgerekend.