Ds. Rinsma presenteert boek over VU-studenten theologie 1977
AMSTERDAM – Hoe verloopt het leven van mensen die in de jaren 70 van de vorige eeuw theologie studeerden aan de Vrije Universiteit in Amsterdam? Een nieuw boek geeft een inkijkje. „We hadden niet door dat we het staartje van een generatie vormden.”
Aan de Vrije Universiteit (VU) is gisteren het boek ”Bevlogen jaren” van ds. Gerard Rinsma gepresenteerd. De auteur –predikant van de protestantse gemeente Roermond– beschrijft in de uitgave gesprekken met oud-jaargenoten: studenten theologie van 1977 aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Tijdens de presentatie waren veel van zijn vroegere medestudenten aanwezig.
Prof. dr. Hijme Stoffels, hoogleraar godsdienstsociologie aan de VU, zei in zijn historische schets dat de tijd van vrijheid-blijheid van de jaren 60 van de vorige eeuw in de jaren 70 plaatsmaakte voor een tijd van polarisatie in kerk en samenleving. Er bestonden hooglopende controverses over kernwapens, abortus en woningnood. De Evangelische Omroep verwierf zich een plaats, en tegelijkertijd stelden de Gereformeerde Kerken het Schriftgezag onder kritiek. Het was de tijd dat gereformeerde deputaten halverwege een college van een hoogleraar aan de VU binnenkwamen en het college overnamen om uit te leggen wat er volgens hen echt in de Bijbel stond. „Het was spannend om theologie te studeren. Er werd gediscussieerd dat de stukken eraf vlogen.”
Aanleiding om het boek te schrijven vond ds. Rinsma in de vraag: „Waarin maak ik het verschil als gelovige en predikant?” Hij was nieuwsgierig naar hoe het zijn medestudenten in dat opzicht vergaan was en besloot een aantal van hen te interviewen. Van de 59 jaargenoten heeft hij er 32 gesproken.
Het was een bevlogen tijd, aldus ds. Rinsma. „We wilden het onrecht in de wereld aan de kaak stelen en de wereld veranderen. De kerk leek ons daarvoor de ideale startplaats. Zij had immers een woord voor de wereld. Studenten deden mee met het opbouwen van barricades en het kraken van woningen. Er stond een tekst uit Jesaja op een gekraakte woning.”
Hij herinnert zich felle discussies over kernraketten en het feminisme. „We wisten niet dat alles zo snel zou veranderen, hadden niet door dat we het staartje van een generatie waren en dat de kerk in de marge van de samenleving terecht zou komen.”
Na de aanbieding van het boek aan oud-mentor prof. dr. Wessel Stoker voerden vier oud-medestudenten het woord. Ds. Stefan de Jong –nu predikant in Bussum– vertelde dat hij in de tijd dat hij in het Friese Balk stond, door toedoen van een „orthodoxe broeder” in aanraking kwam met de Heidelbergse Catechismus. Vanuit een „kerkhistorische optiek” heeft hij toen een aantal keren over de catechismus gepreekt.
Rijk Vlaanderen, nu directeur van een praktijkschool in Utrecht, is ongelovig geworden, zo vertelde hij gisteren. Hij heeft wel iets overgehouden aan de opleiding: de zin voor rituelen. Ds. Ineke de Heer, nu predikant van de gereformeerde kerk in Haamstede, zei dat de feministische theologie haar blik verruimd heeft en haar manier van preken heeft veranderd. Vroeger preekte ze volgens het boekje, tegenwoordig preekt ze over „wat aansluit bij de mensen.”
„Studie leidde tot versneld afscheid”
In het boek ”Bevlogen jaren” van ds. Gerard Rinsma komen personen aan het woord die in 1977 theologie studeerden aan de VU. Vrijwel alle geïnterviewden gaven aan dat ze in de Gereformeerde Kerken waren opgegroeid en uit een kerkelijk meelevend gezin kwamen.
Meer dan de helft van hen werd gemeentepredikant binnen de Gereformeerde Kerken. Op het moment van de interviews waren 24 van de 60 jaargenoten (40 procent) als predikant verbonden aan de Protestantse Kerk in Nederland. Een derde deel van hen zocht na de studie werk in een seculier beroep.
Veel verhalen van predikanten zijn somber, maar in het boek staat ook een interview met jaargenoot ds. Orlando Bottenbley, predikant van de Vrije Baptistengemeente in Drachten, een van de snelst groeiende gemeenten.
Ds. Rinsma in het slotwoord over de veranderingen aan de VU in de jaren 70 van de vorige eeuw: „Terugblikkend vertellen de meeste geïnterviewden dat deze wetenschappelijke benadering tot een afscheid van traditionele geloofsopvattingen heeft geleid, in een aantal gevallen zelfs tot volledige ”versnelde” afstand van het hele geloof.”