Dreamliner zet Boeing op verlies
NEW YORK (ANP) – De beursgraadmeters op Wall Street kwamen vrijdag nauwelijks in beweging. Opvallende fondsen waren er wel. Zo stond Boeing onder druk door de aanhoudende problemen van de nieuwe 787 Dreamliner en werd Wells Fargo niet beloond voor de recordwinst die in 2012 werd geboekt.
De Dow-Jonesindex van 30 toonaangevende fondsen sloot 0,1 procent hoger op 13.488,43 punten. De brede S&P 500 eindigde nagenoeg onveranderd op 1472,05 punten. Technologiegraadmeter Nasdaq klom 0,1 procent tot 3125,64 punten.
Vliegtuigbouwer Boeing stond onderaan de Dow Jones met een verlies van 2,5 procent. Luchtvaartautoriteit FAA kondigde een onderzoek aan naar de Dreamliner, naar aanleiding van alle problemen die zich de afgelopen week bij het nieuwe toestel hebben voorgedaan. De toezichthouder liet weten dat de Dreamliner veilig is, maar dat er toch extra naar moet worden gekeken. Afgelopen week werden onder meer een scheur in een cockpitraam en een brandstoflek ontdekt in de nieuwe Boeing. Ook brak er brand uit in een toestel dat stond geparkeerd op de luchthaven van Boston.
Wells Fargo kwam als eerste van de grote Amerikaanse banken met zijn jaarcijfers naar buiten. Dankzij een golf herfinancieringen werd in 2012 een recordwinst gehaald van bijna 19 miljard dollar en de op drie na grootste bank van de VS liet zich optimistisch uit over 2013. De dalende rentemarges en hypotheekverkopen van de bank trokken echter meer aandacht op Wall Street en zorgden voor een koersverlies van bijna 1 procent. Concurrent Bank of America was evenmin in trek en zakte 1,3 procent.
Beleggers zagen een koopje in Best Buy. De beurswaarde van de elektronicawinkelketen steeg ruim 12 procent, dankzij kerstverkopen die op ongeveer hetzelfde niveau lagen als in 2011.
Op het economische vlak bleek dat de inflatie in China vorige maand sterker is gestegen dan verwacht. Dat nieuws stemde handelaren niet vrolijk, omdat een hogere inflatie de mogelijkheden van de Chinese overheid om de economie te stimuleren kan beperken.
De prijs van Amerikaanse olie zakte met 0,2 procent tot 93,66 dollar per vat. Olieconcern Chevron won desondanks 1,1 procent, nadat het bedrijf had aangegeven dat de inkomsten in de laatste drie maanden van 2012 naar verwachting zijn toegenomen ten opzichte van het voorgaande kwartaal.
De euro was vrijdagavond 1,3340 dollar waard, tegen 1,3350 dollar aan het slot van de Europese beurzen eerder op de dag.