Buitenland

Nobelprijs literatuur voor Zuid–Afrikaan Coetzee

De Zuid–Afrikaan John M. (Maxwell) Coetzee is de winnaar van de Nobelprijs voor Literatuur van 2003. Volgens de jury slaagt Coetzee er steeds in „in ontelbare gedaanten de verrassende betrokkenheid van de buitenstaander te schilderen”. De Zuid–Afrikaanse schrijver J. M. Coetzee staat bekend als een teruggetrokken man, iemand die erg is gesteld op zijn privacy. Toen hij in 1984 de meest prestigieuze prijs van het Engelse taalgebied won, de Booker Prize, bleef hij rustig thuis. Ook toen hij vijftien jaar later als eerste deze onderscheiding voor een tweede keer in de wacht sleepte, kwam hij niet opdagen in Londen.

ANP
2 October 2003 13:28Gewijzigd op 14 November 2020 00:36

Zijn literair werk is sterk beïnvloed door het apartheidssysteem in zijn geboorteland. De gevolgen van deze racistische politiek behandelde Coetzee bijvoorbeeld in zijn roman Disgrace (In ongenade) uit 1999. Net als in veel van zijn boeken staat ook in dit met de Booker Prize bekroonde werk een eenzaam figuur centraal.

In zijn roman Boyhood (Jongensjaren) keert de politiek van Zuid–Afrika ook weer terug. In dit autobiografisch boek ontdekt een jongen in de provincie dat het apartheidssysteem volledig rot is. Coetzee geeft in het werk overduidelijk blijk van zijn liefde voor het Zuid–Afrikaanse landschap, een aspect dat hem altijd deed terugkeren naar het land.

John M. Coetzee werd op 9 februari 1940 in Kaapstad geboren. Toen hij acht jaar was, verloor zijn vader zijn baan bij de overheid wegens een verschil van mening over het apartheidsregime. De familie verhuisde daarna naar het nabijgelegen provinciestadje Worcester. Voor zijn universitaire studie keerde hij echter terug naar Kaapstad.

Na een paar jaar als systeemprogrammeur te hebben gewerkt promoveerde Coetzee in 1969 aan de Universiteit van Austin (Texas). In zijn dissertatie ging hij in op het werk van Samuel Beckett. Volgens Coetzee hebben de boeken van deze Ierse auteur een grote invloed op zijn eigen werk.

Na een docentschap aan de State University van New York keerde Coetzee in 1972 na enige aarzeling terug naar Zuid–Afrika. Hij accepteerde een functie aan de Universiteit van Kaapstad. Hij bleef hier docent Engelse literatuur tot 1983. Hierna werd hij benoemd tot hoogleraar Engelse taal en letterkunde. Op dit moment is hij verbonden aan de universiteit van Adelaide in Australië en aan de universiteit van Chicago.

Coetzee fietst om fit te blijven en schrijft iedere dag minstens een uur. Hij eet geen vlees en rookt en drinkt niet. Volgens collega–schrijvers leidt hij bijna het bestaan van een monnik. Interviews geeft hij zelden. Ondanks dit teruggetrokken leven vertrok hij verscheidene malen om in het buitenland gastdocentschappen te vervullen onder meer aan de John Hopkins en Harvard Universiteit.

Zijn literaire kwaliteiten worden al direct herkend als hij in 1974 de novelle Dusklands publiceert. Wereldfaam krijgt hij begin jaren tachtig met zijn roman Waiting for the barbarians (Wachten op de barbaren). In 1984 wordt zijn naam definitief gevestigd, als hij in 1984 de Booker Prize krijgt voor The life and times of Michael K (Wereld en Wandel van Michael K).

Hierna blijven de prijzen en onderscheidingen toestromen. Zo ontvangt hij de belangrijkste literaire onderscheidingen van Zuid–Afrika. In dit land behoort hij samen met Nadine Gordimer, André Brink en Breyten Breytenbach tot de belangrijkste blanke schrijvers. Zijn laatste werk Elizabeth Costello verscheen eerst in het Nederlands en pas daarna in het Engels, een eerbetoon aan zijn Nederlandse uitgeverij Cossee.

Coetzee is gescheiden en heeft nog een dochter. Een zoon van hem kwam op 23–jarige leeftijd bij een ongeval om het leven.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer