Israëldag GG: Joodse leiders toerusten via e-mail
HARDINXVELD-GIESSENDAM – „Onder de cursisten zijn er die een aantal jaren geleden nog niets van de gereformeerde leer moesten hebben. Als je dan nu ziet hoe hard ze werken en welke antwoorden ze invullen, geeft dat verwondering.”
De Veenendaalse ouderling K. Karels zei dat vrijdag tijdens de jaarlijkse Israëldag van het deputaatschap voor Israël van de Gereformeerde Gemeenten. Samen met ds. D. de Wit vertelde hij over de opleiding van Joodse voorgangers in het Russische taalgebied die ze coördineren. „Elke keer valt me weer op dat aan hun gezichtsuitdrukking niet te zien is hoe ze de toerusting ervaren”, zei Karels. „En elke keer is het dan weer verrassend hoe hartelijk ze aan het eind van een cursusdag hun waardering uiten.”
Aanvankelijk hield het deputaatschap in Oost-Europa enkele keren per jaar een meerdaags seminar voor gemeenteleden, waar de Heidelbergse Catechismus werd behandeld. Er bleek grote behoefte te zijn aan scholing voor de gemeenteleden die zonder enige opleiding een stichtelijk woord zijn gaan spreken. „Het heeft jaren geduurd voordat de tijd rijp was om daar een voorstel voor te doen. En toen bleek dat er een voorganger was die er al enkele maanden gebed voor had”, zei ds. De Wit.
De Barneveldse predikant vergeleek de bewustwording van de noodzaak van scholing met het proces dat zich een eeuw geleden binnen de Gereformeerde Gemeenten voltrok. „In onze gemeenten vond men het aanvankelijk erg belangrijk dat iemand een preek kon houden over een tekst die hij slechts een halfuur of een uur tevoren opkreeg. Het heeft geruime tijd geduurd voordat er draagvlak voor een theologische school ontstond. Een soortgelijke ontwikkeling hebben we in Oekraïne gezien.”
Het afgelopen jaar is een e-learningtraject opgezet met zes studenten in Oekraïne, en inmiddels is er ook een cursist in Moldavië. Karels: „De voorgangers hebben vaak een gezin en een drukke baan en hebben daarnaast hun tijd nodig voor de voorbereiding van hun zondagse toespraken. Een ander probleem is dat ze ver bij elkaar vandaan wonen. We zochten een vorm van toerusting die bij deze omstandigheden past. Van de theologische standaardwerken ontvangen de voorgangers een papieren versie, maar de lessen –via het Engels in het Russisch vertaald– krijgen ze via e-mail.” De cursisten gaan creatief met hun tijd om: ze ontlenen hun toespraken vaak aan de zojuist bestudeerde stof.
Ds. De Wit: „Een van onze studenten is inmiddels afgehaakt omdat hij vindt dat het om de bediening van Gods Geest gaat en dat opleiding daarvoor gevaarlijk is. Dat laatste is hetzelfde misverstand als dat wat ds. G. H. Kersten vroeger in onze gemeenten moest bestrijden. Het mooie is dat wíj de studie tegenover de Oekraïense student niet hoefden te verdedigen, omdat zijn medestudenten dat al deden. Helaas is hij toch gestopt.”
In een ander opzicht gaat de vergelijking met de begintijd van de Gereformeerde Gemeenten mank: „We hadden in het Russi- sche taalgebied ook huiver voor de gereformeerde leer te overwinnen. Het is baptistisch gebied, waar Calvijn geen beste naam heeft.”
De opleiding begon met het bestuderen van Calvijns ”Institutie” aan de hand van vragen van uitgeverij De Banier. Inmiddels wordt dogmatiek, kerkgeschiedenis en exegese gegeven en zijn er plannen om Bijbelkunde en ethiek daaraan toe te voegen. Het boek ”Zin en mening” van ds. A. Moerkerken is in het Russisch vertaald en momenteel wordt gewerkt aan vertaling van een boekje van ds. C. J. Meeuse over de kerkgeschiedenis. Drie keer per jaar wordt een eendaags seminar belegd.
„In de preken die worden gehouden zie je dat het onderwijs zijn uitwerking heeft”, constateerde algemeen secretaris J. J. de Jong. „Ik had wel veel gegevens in mijn hoofd, maar nu komen ze op hun plek”, zei een van de studenten.
Hoewel het vertaalwerk tijdrovend is, overweegt het deputaatschap uitbreiding van het project naar Russischsprekende Joden in andere landen, zoals Israël. Door de start van e-learning is het contact met de voorgangers verbeterd, terwijl er minder tijd aan het reizen hoeft te worden besteed.
Visum
Het deputaatschap vroeg gebed voor de nieuwe visumaanvraag voor ouderling-evangelist drs. M. L. Dekker, die sinds 2004 werkzaam is in Nazareth-Illit. Begin januari wordt een beslissing verwacht.
Ds. A. Schot overhandigde ds. C. Neele het eerste exemplaar van het boek ”En volgden Hem”. Het bevat foto’s van ds. Neele en anderen van plaatsen in Israël en meditaties van de predikant over het leven van Jezus. „Ds. Neele heeft alleen plaatsen beschreven die hij heeft bezocht”, zei ds. Schot. „Helaas is Sichem daar nog niet bij. De wachtposten bij Nablus waren onverbiddelijk: we mochten niet verder.”
In zijn openingswoord stelde voorzitter ds. C. J. Meeuse de vraag waarom het Joodse volk de eeuwen door zo veel tegenkanting heeft gekregen. „We kunnen kijken naar de vijandige machten; Haman, Hitler. Maar we mogen hogerop zien: waar Hij werkt, verootmoedigt Hij. Dat moeten we persoonlijk ook leren. Waarom brachten de engelen de boodschap van Christus’ geboorte niet aan het Sanhedrin, of aan het Romeinse hof? Het behaagde God de boodschap tot arme sloebers te zenden. Daar schittert genade.”