„Ik wist het, ik wist het, ik had hem eerder moeten aangeven”
Een maand na het in werking treden van een nieuwe wet in Spanje ter bescherming van de slachtoffers van huiselijk geweld zijn alleen al in Madrid 110 vrouwen naar het kantongerecht gestapt om bescherming van hun leven op te eisen. In heel het land zijn er in de maand augustus 1400 aangiften gedaan.
De wet werd eind juli unaniem aangenomen door het Spaanse parlement. Huiselijk geweld eiste in de afgelopen vier jaar 315 levens in Spanje. Dit jaar zijn er zo al 49 vrouwen omgekomen, voor een groot deel door toedoen van hun huidige of voormalige partner. Meer dan 13 procent van de in Spanje geregistreerde misdrijven heeft met huiselijk geweld te maken. De minister van Justitie noemde het een van de ergste maatschappelijke ziektes.
De nieuwe wetgeving, die ook een hervorming van het wetboek van strafrecht inhoudt, moet gevallen voorkomen zoals dat van een vrouw die 22 maal aangifte van mishandeling had gedaan en uiteindelijk met een hamer om het leven werd gebracht. Noch de rechter, noch de politie had daadwerkelijke maatregelen genomen om haar te beschermen.
De hervorming betekent dat de rechter meteen de man kan verplichten het huis te verlaten en deze kan dwingen de voogdij over de kinderen tijdelijk aan de mishandelde partner af te staan. De rechters hebben echter in de meeste gevallen de verzoeken afgewezen op grond van een gebrek aan duidelijk risico voor de integriteit van het slachtoffer. Kenmerkend was dat op 2 september, de dag waarop in Spanje de zomervakantie eindigt, een recordaantal aangiftes werd gedaan. Dat waren er acht, in plaats van de gemiddelde drie tot vier gevallen per dag.
De hulp waarop vrouwen nu kunnen rekenen bestaat onder andere uit een maandelijkse uitkering van 300 euro, waarbij de eerste binnen 72 uur na de aangifte moet worden uitbetaald. Ook zijn nu bijna alle overtredingen die aan mishandeling verbonden waren, misdrijven geworden die met voorwaardelijke gevangenis bestraft kunnen worden.
Hulpverleners menen dat veel moorden en mishandelingen voorkomen zouden kunnen worden als vanaf de eerste aangifte de gevaarlijkheidsgraad van de agressors zou worden geëvalueerd. En dat gebeurt zelden.
Maria Castellano, hoogleraar gerechtelijke geneeskunde, lijkschouwer en expert op het gebied van huiselijk geweld, leidt sinds vier jaar een onderzoeksteam dat advies uitbrengt aan rechters in Andalusië. In dit zuidelijke deel van Spanje komen de meeste gevallen van huiselijk geweld voor. Castellano zegt dat heel snel vastgesteld kan worden of iemand een potentiële dader is. „Wij gebruiken een formulier met zestien vragen over impulsiviteit, agressiviteit, gevoeligheid, onevenwichtige emoties, angst, spanning en overgevoeligheid.” Op basis daarvan kunnen de experts opmaken welk risico er bestaat dat iemand -bijna altijd een man- verbale bedreigingen ook werkelijk zal uitvoeren.
Ook aan een moord in de relationele sfeer die afgelopen zondag in de provincie Valencia werd gepleegd, gingen dreigementen vooraf. Een 30-jarige politieman uit Madrid belde een familielid op en zei dat hij zijn vriendin om het leven zou brengen en daarna zichzelf. Kort daarop voegde hij met zijn dienstwapen de daad bij het woord. Zijn lichaam lag gevallen over dat van de vermoorde vrouw.
Bijna elke week staan er op de voorpagina’s van de kranten berichten over nieuwe gevallen van huiselijk geweld met dodelijke afloop. De wreedheid valt op: een 37-jarige man, ook agent, doodt zijn vrouw met een mes, snijdt haar in stukken, metselt die in een kist en doet vervolgens aangifte dat de vrouw vermist is. Een andere man, 48 jaar oud, slaat zijn vrouw dood en wordt vervolgens door de politie met bebloed bovenlichaam aangetroffen, terwijl hij zijn avondeten nuttigt terwijl het lichaam van de overledene in een aangrenzende kamer ligt. Een 59-jarige man vuurt op zijn verjaardag drie kogels op zijn vrouw af en belt de politie om te zeggen wat hij gedaan heeft. Hij voegt eraan toe dat hij zelfmoord gaat plegen, wat hij ook doet. Ook in dit geval lag zijn lichaam over dat van zijn vrouw, met wie hij twintig jaar getrouwd was geweest. De dochter van de moordenaar reageerde met de woorden: „Ik wist het, ik wist het, ik had hem eerder moeten aangeven.” De man was vaak dronken, vertelde ze.
Een onderzoek in de provincie Murcia heeft uitgewezen dat 60 procent van de gevallen van huiselijk geweld met alcohol te maken heeft. Een percentage dat volgens de auteur van het rapport hoofd van de afdeling alcoholmisbruik van een ziekenhuis in de stad Murcia, ook in de rest van het land van toepassing is.
In Spanje is de hulpverlening aan vrouwen pas begonnen, maar aan preventie wordt nog erg weinig gedaan. Baanbrekend werk wordt in Baskenland verricht. Daar behandelt een team onder leiding van een klinisch psychiater sinds 1995 mannen met een hoog risicofactor. Vorig jaar bezochten zeventig mannen het centrum. Dokter Raul Cenea denkt dat de hoofdoorzaak van het geweld de behoefte is die veel mannen voelen om hun vrouw onder hun duim te houden. Cenea: „Het gaat er niet om dat ze hun vrouw geweld aan willen doen. Ze willen haar controleren, hun houding corrigeren. Hun wil opleggen. En het geweld ontstaat wanneer ze zien dat ze dat niet kunnen doen.”
In hoeverre de alarmerende statistieken het gevolg zijn van het afbrokkelen van de mediterrane machocultuur is nog onduidelijk. Wel valt te constateren, volgens de meeste juristen, dat de groeiende cijfers voortkomen uit een afnemende angst onder de vrouwen om aangifte van mishandeling te doen. „De vrouwen durven naar de politie te stappen omdat het gezag een efficiënter antwoord begint te geven op een probleem dat tot voor kort als een privé-aangelegenheid werd beschouwd”, zegt Montserrat Comas, hoofd van de observatiepost huiselijk geweld van het overkoepelend rechtersorgaan. „Doorslaggevend zijn de rol van de media en die van de vrouwenorganisaties geweest. Maar er valt nog veel te doen. Huiselijk geweld is na het terrorisme het ernstigste probleem in de Spaanse samenleving.”