Verdachte moord Vaatstra gaat vrijuit na DNA-test
Het openbaar ministerie in Leeuwarden beschouwt de 23-jarige Afghaanse asielzoeker M.A. niet langer als verdachte. Het DNA van de man blijkt niet overeen te komen met het DNA in sporenmateriaal in de zaak-Vaatstra.
Dat heeft het openbaar ministerie in Leeuwarden maandag bekendgemaakt.
De Afghaan werd 8 september in Londen aangehouden nadat hij zich had gemeld bij de politie. Kort na de moord op de 16-jarige Marianne Vaatstra was hij spoorloos verdwenen uit het naburige asielzoekerscentrum in Kollum.
Justitie heeft het uitleveringsverzoek aan de Britse autoriteiten ingetrokken. De Afghaan wordt wel als getuige gehoord. „Wellicht heeft de man nog informatie die in deze zaak van belang kan zijn”, aldus een woordvoerder van het OM.
Marianne Vaatstra werd in 1999 in de nacht na Koninginnedag in een weiland bij Veenklooster verkracht en om het leven gebracht. Tegen de Afghaanse asielzoeker werd een internationaal opsporingsbevel uitgevaardigd. De man bedreigde Marianne Vaatstra op de laatste avond van haar leven met een snijbeweging langs haar keel.
Het zogeheten second opinion-team was sinds maart op zoek naar de Afghaan als verdachte van de moord op Marianne Vaatstra. Omdat zijn verblijfplaats onbekend was, werden de foto van A. en informatie over zijn persoon internationaal verspreid.
In oktober 1999 werd de Afghaan ook gezocht in de zaak-Vaatstra, omdat hij wellicht de verblijfplaats van de 27-jarige A. H. wist, die op dat moment hoofdverdachte in de zaak-Vaatstra was. Toen H. opgepakt was en niet de dader bleek te zijn, was de Afghaan niet meer belangrijk voor het onderzoek.
De moord en het mogelijke verband met het asielzoekerscentrum veroorzaakten in 1999 grote onrust onder de lokale bevolking. Het politieonderzek naar de moord op Marianne Vaatstra is onlangs stopgezet.