Kankerpatiënten moeten langer wachten op operatie
Kankerpatiënten hebben de afgelopen jaren steeds langer moeten wachten voordat zij geopereerd konden worden om de tumor te verwijderen. De tijd tussen het stellen van de diagnose en de operatie bedraagt bij borstkanker meer dan een maand en bij long- en slokdarmkanker meer dan twee maanden.
Dat blijkt uit onderzoek van het Integraal Kankercentrum Rotterdam (IKR) over de periode 1995-1999 in de regio Zuidwest-Nederland. Het gaat om ziekenhuizen in Zeeland, Rijnmond, Drechtstreek, westelijk Noord-Brabant en de Zuid-Hollandse eilanden. In totaal werden in de studie de gegevens van 10.602 patiënten meegenomen die een kwaadaardige tumor hadden in borst, long, dikke darm, maag of slokdarm. Enkele zeer acute patiënten die binnen een dag moesten worden geopereerd, zijn niet meegeteld in de studie.
Moest het merendeel (80 procent) van de borstkankerpatiënten in 1995 nog 24 dagen wachten op een operatie, in 1999 was dit al 35 dagen. Voor darmkanker ging dat van 28 naar 36 dagen, voor maagkanker van 29 naar 43 dagen, bij longkanker van 43 naar 67 dagen en bij slokdarmkanker van 56 naar 64 dagen.
De resultaten staan in Medisch Contact. „Uit nog niet gepubliceerde cijfers over 2000 blijkt dat de situatie gemiddeld nog slechter is geworden”, zei R. Damhuis, arts-epidemioloog van het IKR, woensdag.
Volgens Damhuis werkt de beroepsgroep naarstig aan richtlijnen om een in te schatten welke wachttijden voor deze patiënten acceptabel zijn. Want onbekend is in hoeverre een lange wachttijd negatief uitpakt voor de genezing en overleving van kankerpatiënten. Daarover bestaan geen wetenschappelijke onderzoeken omdat die ethisch niet uitvoerbaar zijn.
De kans op genezing is gunstiger als er nog geen uitzaaiingen zijn. De bestaande kennis over verdubbelingstijden van tumoren doet vermoeden dat de huidige doorstroomtijden nog acceptabel zijn, schrijven de onderzoekers. Toch wijzen ze op de situatie in Groot-Brittannië, waar de lange wachttijden lage overlevingscijfers opleveren dan in andere Europese landen. „Helaas wijken de wachttijden in Nederland tegenwoordig niet veel af van de Britse.”
Als mogelijke oorzaken van de lange doorstroomtijden noemen de onderzoekers capaciteitsgebrek: te weinig operatiepersoneel, te weinig IC-plaatsen. Maar ook de organisatie kan volgens hen beter. Zo bestaan er tussen ziekenhuizen forse verschillen. Patiënten moeten langer wachten als de behandeling op diverse locaties wordt uitgevoerd. De onderzoekers pleiten ervoor dat de instellingen hun doorstroomtijden onderling vergelijken, zodat ze verbeteringen kunnen doorvoeren.