Binnenland

Pesten in de klas? Ja, maar geniepiger is via sms en Facebook

GOUDA – En weer pleegde een jongere suïcide na langdurig gepest te zijn. De dood van een 15-jarig meisje uit Staphorst brengt een emotionele schokgolf teweeg. Hoe kon het gebeuren? „Pesten onttrekt zich soms aan de waarneming.”

Jacob Hoekman
14 December 2012 13:08Gewijzigd op 15 November 2020 00:49
Bij de spoorwegovergang zijn bloemen neergelegd. Foto ANP
Bij de spoorwegovergang zijn bloemen neergelegd. Foto ANP

Een storm van verontwaardiging stak op toen in november de 20-jarige Tim Ribberink een eind aan zijn leven maakte. Hij was het pesten en treiteren beu, schreef hij in een afscheidsbrief aan zijn ouders. Iedereen was het erover eens: dit mag nooit meer gebeuren.

Toch gebeurde het opnieuw, toen dinsdag een 15-jarig meisje uit Staphorst voor de trein sprong. Ook nu wordt er een relatie met pestgedrag op school vermoed. Is het onuitroeibaar?

Pesten is buitengewoon moeilijk uit te bannen, zegt dr. Bram de Muynck, lector bij Driestar Educatief in Gouda. Hij hield zich jarenlang bezig met de problematiek en schreef er onder meer een boek over. Daarin constateert hij dat een onveilig groepsklimaat een van de belangrijkste oorzaken is van pesten. Voelt een kind zich niet veilig in de klas, dan kan het misgaan.

„Dat geldt trouwens niet alleen voor een klas. Overal waar mensen bij elkaar zijn, kunnen uitsluitingsprocessen plaatsvinden. Ik denk dat er een percentage is waar je wat aan kunt doen doordat het aan de oppervlakte komt, maar het blijft iets waar je heel moeilijk grip op krijgt. Vooral als er subtiel gepest wordt, kan het erg lastig zijn. Van meisjes is bekend dat ze subtieler en bedekter pesten dan jongens. Ze verbergen het vaak beter voor de leerkracht of hun ouders.”

Daar komt nog bij dat pestgedrag lang niet alleen in de klas plaatsheeft. „Vroeger was de klas de sociale omgeving waar het gebeurde, maar nu vormen zich allerlei digitale netwerken die gevaarlijker kunnen zijn. Onderschat niet hoeveel er gecommuniceerd wordt via Facebook of sms. Die communicatie speelt zich allemaal in het geniep af, buiten de waarneming van ouders en leraren.”

Des te belangrijker is het geworden dat opvoeders hun ogen en oren goed de kost geven, vindt dr. De Muynck. „Een kind dat gepest wordt, staat minder assertief in het leven en zendt vaak heel subtiel signalen uit van machteloosheid en weerloosheid. Opvoeders moeten zeker bij kinderen tussen de 10 en 14 jaar heel alert zijn. Meestal ontstaat pesten in die fase. Maak je het probleem al op de basisschool bespreekbaar, dan kan een trend nog worden omgebogen.”

Misschien nog belangrijker dan het herkennen van het probleem is de wil om het écht aan te pakken, constateert dr. De Muynck. „Soms vraag ik me af: Is er wel de bereidheid om te zien dat er gepest wordt? Pesten kan oogluikend worden toegestaan. Dan zeggen ouders: „Het ligt ook aan hemzelf. Dan moet-ie maar een keer terugslaan.” Al heb je nog zo’n uitgebreid pestprotocol, als er niets verandert aan de houding van de leraar of de ouders, gebeurt er niets.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer