Justitie was al eerder tot dezelfde conclusie gekomen maar milieuorganisatie Greenpeace heeft bij het hof in Den Haag geprobeerd alsnog vervolging van de Staat af te dwingen, via een zogeheten artikel-12-procedure.

Greenpeace is teleurgesteld, omdat de Staat „aantoonbaar heeft gefaald”. De milieuorganisatie voegt eraan toe: „Gelukkig erkent het gerechtshof toch dat het Otapandossier duidelijk laat zien dat er strafbare feiten zijn gepleegd door ambtenaren.”

De Otapan vertrok met toestemming van ambtenaren naar Turkije voor een sanering. Turkije accepteerde het schip echter niet, omdat er 77.000 kilo asbest aan boord was in plaats van de 1000 kilo die op de papieren stond. Het schip kwam terug naar Nederland en werd hier alsnog schoongemaakt - een kostenpost van 4,3 miljoen euro voor de Staat.

Voor de fraude is nooit iemand vervolgd. De ambtenaren zijn volgens het hof terecht als verdachten van sluikhandel en valsheid in geschrifte bestempeld, maar de immuniteit van de Staat geldt ook voor hen.

De buitenlandse voormalige eigenaren zijn wel vervolgd, omdat zij illegaal asbest van de Otapan hebben weggehaald. Ook zijn ze veroordeeld tot betaling van de kosten die Nederland heeft gemaakt om de asbest die nog op het schip was, weg te halen.