Kerk & religie

Deux-Aes: een Bijbel voor het volk

HAARLEM – Dit jaar is het 450 jaar geleden dat de Deux-Aesbijbel, de voorganger van de Statenbijbel, verscheen. „Voor die tijd was het een goede vertaling.”

Jan van Reenen
10 December 2012 09:49Gewijzigd op 15 November 2020 00:43
HAARLEM – Dr. Anne Jaap van den Berg: „Deux-Aesbijbel getuigt van bewonderenswaardige volharding bij gereformeerden.” Foto RD
HAARLEM – Dr. Anne Jaap van den Berg: „Deux-Aesbijbel getuigt van bewonderenswaardige volharding bij gereformeerden.” Foto RD

Het is een bijzonder exemplaar. Voorzichtig opent dr. Anne Jaap van den Berg, bibliothecaris bij het Nederlands Bijbelgenootschap (NBG), de deur van een vitrinekast. In de kast –achter slot en grendel– ligt een Deux-Aesbijbel uit 1562. Het gaat om een eerste druk van deze Bijbel in groot formaat (folio). De omslag is vernieuwd, het binnenwerk is authentiek.

Op de titelpagina staat: „Ghedruckt te Embden, anno 1562, den 7. Martij.” Daarboven is het kenmerk van de drukker Gillis van der Erven te vinden. Het papier voelt dik aan. Dat was normaal voor die tijd, zegt Van den Berg. Voorin heeft iemand met potlood geschreven: „Dit is de niet veel voorkomende eerste druk van de Deux-Aes”, waarna een verwijzing volgt. Verder staan er geen notities in. Er is niets bekend over de geschiedenis van dit exemplaar.

Genesis 1 begint met een korte samenvatting, vervolgens komt een versierde beginletter, waarna de eerste woorden volgen: „In den beginne sciep God Hemel ende Aerde.” In de marge staan kanttekeningen. De Bijbel telt vier gedeelten, die alle met een nieuwe nummering beginnen: het Oude Testament tot en met het Hooglied, het tweede gedeelte van het Oude Testament, de apocriefe boeken en het Nieuwe Testament. Het Nieuwe Testament vermeldt als jaar van verschijnen 1561. De Bijbel is gedrukt in gotische letters, zoals toen gebruikelijk was, en is met een beetje moeite goed te lezen. Van den Berg vermoedt dat deze Bijbel ongeveer 20 gulden gekost zal hebben, ongeveer het maandloon van een werkman.

Liesveltbijbel

De Deux-Aesbijbel was niet de eerste Bijbel in het Nederlands. In 1477 verscheen in Delft voor het eerst een in Nederland gedrukte Bijbel, tevens het eerste Nederlandstalig gedrukte boek, dat alleen het Oude Testament bevatte zonder de Psalmen. De eerste Nederlandse reformatorische Bijbel was de Liesveltbijbel, die in 1526 in Antwerpen verscheen. In de Liesveltbijbel berust de tekst van het Nieuwe Testament geheel op Luthers Nieuwe Testament uit 1522. Voor het Oude Testament werd in de eerste druk gebruikgemaakt van de gedeelten van Luthers Oude Testament die al klaar waren én van de Vulgata en andere vertalingen. Van deze Bijbel verschenen zes drukken; in de editie van 1532 werden in het Oude Testament nieuwe vertalingen van Luther toegevoegd.

De Deux-Aesbijbel werd aan de vooravond van de Tachtigjarige Oorlog gedrukt in Emden. Veel vervolgde calvinisten uit de Nederlanden waren naar deze stad gevlucht. Voor het Oude Testament werd gebruikgemaakt van de bestaande vertaling in de Liesveltbijbel. Er waren toen in Emden geen deskundigen die een nieuwe vertaling konden verzorgen. Voor het Nieuwe Testament gebruikte de drukker een vertaling van Johannes Dyrkinus, een rondreizend prediker uit Gent.

Van den Berg noemt deze vertaling bijzonder. „Het was de eerste Bijbelvertaling na de Hervorming die speciaal bedoeld was voor de gereformeerden. Voor die tijd was het een goede vertaling. Ze is wijd verspreid en veel gelezen tijdens de Tachtigjarige Oorlog.” Het NBG is ook in het bezit van een Deux-Aesbijbel die in 1579 in Delft is gedrukt door Aelbert Hendriks. Van dit exemplaar zijn de initialen in kleur. Van den Berg: „Het inkleuren gebeurde op bestelling door specialisten.”

Apocriefe boeken

De bibliothecaris toont verder een Deux-Aesbijbel met kanttekeningen van Hackius en een Bijbel versierd met zes kaarten van dominee en geograaf Petrus Plancius. Dergelijke grote Bijbels werden vooral gebruikt tijdens een kerkdienst of door een predikant. Sommige kerkgangers gebruikten een kleiner exemplaar op octavoformaat, dat volgens inschatting van de bibliothecaris zo’n 2 gulden kostte. Van den Berg veronderstelt overigens dat een behoorlijk deel van de kerkgangers helemaal geen Bijbel kon kopen.

De mooiste Deux-Aesbijbel is een exemplaar uit 1608. Deze Bijbel is voorzien van een donkergroene fluwelen, met goud bestikte omslag. Het boek heeft groene sluitkoorden en een draagkoord waaraan men het naar de kerk droeg. De Bijbel is waarschijnlijk van een adellijke dame geweest.

Een bijzonderheid van de Deux-Aesbijbel was een waarschuwing voor de apocriefe boeken. Opvallend is dat deze wél een plekje kregen in de Bijbel. Van den Berg: „Dit illustreert de veranderde houding van gereformeerden ten aanzien van deze boeken.”

De Deux-Aesbijbel is regelmatig verbeterd en aangevuld. Die aanvullingen betreffen vooral de kanttekeningen. Bekend is de uitgave met kanttekeningen van Petrus Hackius uit 1581. De laatste uitgave van de Deux-Aesbijbel verscheen in 1632, enkele jaren voor de komst van de Statenbijbel.

Van den Berg vindt het belangrijk om stil te staan bij deze eerste gereformeerde Bijbel in de Nederlanden. „Het gaat om onze wortels. De eerste druk van de Deux-Aesbijbel ging niet zonder slag of stoot. De gereformeerde kerk had het niet gemakkelijk, de calvinisten werden vervolgd. Ze hebben het echter niet opgegeven, maar zich geen moeite ontzegd voor de Bijbel. De volharding waarmee ze doorgingen met het drukken, verspreiden en lezen van de Bijbel is bewonderenswaardig. Met enige overdrijving kan gesteld worden dat de Bijbel dankzij die volharding nog steeds het meest verkochte boek ter wereld is.”

Dit is het eerste artikel in een vierdelige serie naar aanleiding van 450 jaar Deux-Aes. Vrijdag deel 2.


Wonderlijke naam

De naam van de Deux-Aesbijbel verwijst naar Nehemia 3:5. Daar gaat het over de wederopbouw van de muren van Jeruzalem, waaraan aanzienlijken niets wilden bijdragen. De tekst van de kanttekening luidt: „De armen moeten het cruyce draghen, de rijcke en geven niets, deux aes en heeft niet, six cinque en geeft niet, quater dry, die helpen vry.” Dr. Anne Jaap van den Berg, bibliothecaris bij het Nederlands Bijbelgenootschap: „Het gezegde is ontleend aan een commentaar van Luther dat, verwijzend naar het dobbelspel, aangeeft dat de armen (twee, een) niets bezitten, de rijken (zes, vijf) niets geven en de middenstand (drie, vier) bereid is te helpen. Later is deze kanttekening verwijderd.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer