Burgerrechtenorganisatie ICPC is vrijdag een rechtszaak begonnen tegen de kandidatuur van Uhuru Kenyatta en William Ruto bij de presidentsverkiezingen in maart. Het tweetal behoort tot de vier Kenianen die vanaf april terecht moeten staan voor het ICC wegens hun rol bij het grootschalige geweld na de vorige presidentsverkiezingen in 2007. Bij de stammenstrijd kwamen meer dan 1000 Kenianen om het leven. Meer dan 600.000 werden van huis en haard verdreven. De juristen van ICPC vinden, net als veel Kenianen, dat de grondwet niet toestaat dat verdachten van misdaden tegen de mensheid meedoen aan de gang naar de stembus.

Als Kenyatta of Ruto - nu nog respectievelijk vicepremier en ex-minister - de presidentsverkiezingen wint, moet voor het eerst een zittend staatshoofd plaatsnemen in het beklaagdenbankje van een internationaal hof. Eerder moesten alleen presidenten-af voor diverse internationale rechters in Den Haag verschijnen: Slobodan Milosevic (Joegoslavië), Charles Taylor (Liberia) en Laurent Gbagbo (Ivoorkust).

Ruto heeft al aangegeven dat hij desnoods Kenia vanuit Den Haag regeert als hij de presidentsverkiezingen wint, via telefoon en e-mail. Kenyatta op zijn beurt toonde zich vrijdag voor een menigte aanhangers optimistisch dat hij met gods hulp zijn onschuld zal aantonen in Den Haag, aldus radiostation Capital FM.