Joden wilden moskeeën opblazen
Een groepering van Joodse extremisten was van plan aanslagen te plegen op moskeeën in Israël, waaronder die op de Tempelberg in Jeruzalem.
Zo wilden de extremisten wraak nemen voor de vele Palestijnse zelfmoordaanslagen op doelen in Israël. Een van de leden van de groep heeft dat gezegd tegen zijn ondervragers, meldde de krant Ma’ariv dinsdag. Een medewerker van de Israëlische veiligheidsdienst bevestigde het bericht.
De extremisten wilden op een vrijdagmiddag gelijktijdig verschillende moskeeën opblazen, op het moment dat in de gebedshuizen het vrijdaggebed gaande was, verklaarde de extremist Shahar Dvir-Zeliger tegenover zijn ondervragers. Dvir-Zeliger werd vorige week aangeklaagd wegens diefstal van wapens van het Israëlische leger.
De Israëlische veiligheidsdienst Shin Bet opende enkele weken geleden een onderzoek naar Joodse extremisten. De aanleiding daarvoor was een reeks schietincidenten, die aan acht Palestijnse burgers het leven kostte. De politie nam sindsdien een grote hoeveelheid machinegeweren, antitankraketten, mitrailleurs en andere wapens in beslag die de Joodse extremisten van het Israëlische leger zouden hebben gestolen. Van de negen extremisten die de voorbije weken werden opgepakt, zijn er drie in staat van beschuldiging gesteld. De ander zes zijn vrijgelaten.
De Israëlische regering is jaarlijks minstens 2,5 miljard sjekel (490 miljoen euro) kwijt aan de nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook. Het geld gaat op aan subsidies, verbetering van de infrastructuur en onderwijs voor de ongeveer 220.000 Joodse kolonisten. De krant Ha’aretz heeft dat dinsdag bericht na een onderzoek van drie maanden. De kosten voor de militaire aanwezigheid rond de nederzettingen zijn in het bedrag niet meegerekend.
De krant sprak met tientallen regeringsmedewerkers en deskundigen en kwam tot de slotsom dat Israël sinds 1967 ten minste 45 miljard sjekel (8,8 miljard euro) aan de nederzettingen heeft uitgegeven. De regering weigert sinds jaar en dag inzicht te verschaffen in de uitgaven voor de nederzettingen.
Volgens Haaretz besteedt de regering ruim 10.000 sjekel (1.960 euro) per jaar aan iedere kolonist. Dat geld gaat grotendeels naar voorzieningen als wegen, huisvesting, stroom en onderwijs. Belastingvoordelen die de kolonisten genoten, zijn onlangs ingetrokken. De totale uitgaven voor de nederzettingen bedragen ruim 1 procent van de totale Israëlische begroting van 217 miljard sjekel (42,5 miljard euro).
Uit cijfers van het Israëlische bureau voor statistiek blijkt dat het aantal bewoners van nederzettingen in de Gazastrook en op de Westelijke Jordaanoever vorig jaar met 7,5 procent is gestegen tot 220.000. De bevolkingsgroei in de nederzettingen is daarmee veel groter dan het landelijk gemiddelde van 1,6 procent. Bijna 5.000 van de 12.000 nieuwkomers zijn afkomstig uit het buitenland.
De uitgaven voor de nederzettingen zijn niet alleen in Palestijnse kringen omstreden. Israël kampt met een ernstige economische crisis. De afgelopen drie jaar zijn de salarissen met ruim 10 procent gedaald en de werkloosheid nadert de 11 procent.