Cultuur & boeken

Monografie over componist Diepenbrock

Alphons Diepenbrock werd 150 jaar geleden geboren. Tijdens zijn leven werd hij gezien als Nederlands grootste componist, op één lijn met Sweelinck. Misschien wat overdreven, maar Diepenbrock was wel degelijk een vernieuwer die, ondanks het soms diepzinnige karakter van zijn muziek, een groot publiek wist te bereiken. Een monografie brengt hem wat dichterbij.

S. M. W. Bezemer

22 November 2012 14:16Gewijzigd op 15 November 2020 00:23

Diepenbrock leefde gedurende de periode 1880-1920, ook wel aangeduid als het fin de siècle. Terwijl de meesten van zijn Nederlandse tijdgenoten epigonen waren van Mendelsslohn, Schumann en Brahms, slaagde Diepenbrock erin zijn rooms-katholieke traditie te verbinden met de moderne stromingen zoals deze werden voorgestaan door Gustav Mahler, Richard Strauss en de jonge Arnold Schönberg. Tot die traditie hoorde ook de polyfonie van Palestrina (1525-1594) en Diepenbrock heeft dan ook in al zijn partituren gestreefd om het weefsel van zelfstandige stemmen doorzichtig te houden. Hoewel zijn kerkelijke werken op problemen stuitten bij de clerus –op de uitvoering van zijn ”Missa festivo” heeft hij 25 jaar moeten wachten– werden zijn wereldlijke composities door pers en publiek steeds met enthousiasme ontvangen. Willem Mengelberg heeft zijn muziek regelmatig met het Concertgebouworkest uitgevoerd.

Diepenbrocks vader was van Duitse afkomst. Hij vestigde zich als ondernemer in Amsterdam. Via zijn moeder was Alphons familie van belangrijke rooms-katholieken als J. A. Alberdingk Thijm en diens zoon Lodewijk van Deyssel. De architect Pierre Cuypers was zijn oom. Orgelspelen leerde hij door zondags tijdens de mis naast de organist te zitten en bij hem de kunst af te kijken. Op het gymnasium werd hij gegrepen door de klassieke talen en na zijn eindexamen ging hij daarin verder op de universiteit. Intussen componeerde hij al volop en zijn talent bleef niet onopgemerkt.

Zijn klassieke achtergrond was bepalend voor zijn componeren. Diepenbrock schreef niet zomaar vocale muziek, maar zijn ritme en melodie werden bepaald door het woord. Je kunt dan ook merken dat maatsoorten bij hem voortdurend worden overschreden of veranderd.

In Amsterdam begon hij een particuliere lespraktijk tijdens de middaguren, ’s ochtends componeerde hij. Hij trouwde met een meisje uit de Brabantse adel. Helaas bleef hij zijn vrouw, die veel van hem hield, niet trouw en had hij zijn hele leven een verhouding met Johanna Jongkind, die hij zijn muze noemde. Het wonderlijke was dat zijn vrouw, Elisabeth, dit allemaal wist en Johanna ook wel ontmoette.

Leo Samama schreef deze fraai uitgegeven monografie in opdracht van het Alphons Diepenbrock Fonds. Hij geeft een evenwichtige beschrijving van deze melancholieke mysticus, bij wie het dagelijks leven eerder langs hem heen leek te gaan dan dat het hem wezenlijk raakte. Toch beschikte Diepenbrock over een scherpe pen, getuige de polemieken die hij via brieven en kranten voerde.

Het laatste deel van het boek behandelt een aantal van Diepenbrocks werken. De auteur is hier op zijn best, zoals in de muzikale karakterschets op bladzijde 191.

Al valt er op de mens Diepen­brock genoeg aan te merken, toch stijgt zijn muzikale betekenis ver boven zijn persoon uit. Zijn muziek verdient beslist meer aandacht dan ze tot op heden krijgt. Toegegeven, ze is zowel technisch als inhoudelijk niet eenvoudig. Maar de beloning voor het nemen van die barrières is de moeite waard.


Boekgegevens

”Alphons Diepenbrock. Componist van het vocale”, Leo Samama; uitg. Amsterdam University Press, Amsterdam, 2012; ISBN 978 90 8964 428 2; 321 blz.; € 29,50.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer