Opinie

Namen

’t Is steeds vaker een janboel achter de voordeuren. Wat mensen en relaties betreft, bedoel ik. Met als gevolg een rommeltje aan namen. En juist die luisteren nauw voor deurwaarders. De naam moet correct in het exploot staan en dat exploot dient aan de goede persoon te worden afgegeven.

Joop Hardeman
22 November 2012 08:06Gewijzigd op 15 November 2020 00:23

Als een van de weinige functionarissen is een deurwaarder daarom bevoegd om rechtstreeks uittreksels op te vragen uit bevolkingsregisters. Wat zeg ik? Het is zelfs verplicht. Geen ambtelijk stuk mag er worden uitgereikt als zo’n uittreksel meer dan twee weken oud is.

Natuurlijk zijn er bij veel woningen nog naamplaatjes. Vaak echter door de actualiteit ingehaald, afgebladderd, bekrast, met een viltstift bewerkt of gewoon niet vervangen. Een aanwijzing is zo’n bordje, meer niet. Het is zaak om goed door te vragen aan de deur.

„Goedemorgen, jongen. Mijn naam is Hardeman en ik kom een officieel papier brengen voor A. Q. Hol. Je vader of moeder misschien. Is een van hen thuis?”

„Hol zegt u, meneer? Die naam zegt me niks. ’t Is niet mijn vader of moeder. Vader woont hier trouwens al een tijdje niet meer. Ik denk dat u verkeerd bent, maar ik zal het even aan mijn moeder vragen.”

De knaap verdwijnt in de woning, om al snel weer in de deuropening op te duiken: „Het is Adri, zegt mijn moeder. Dat is haar nieuwe vriend. Sorry, maar ik wist zijn achternaam niet. U mag het papier van mijn moeder wel achterlaten. Hij staat hier inderdaad ingeschreven, maar is er alleen een poosje niet.”

’t Kan ook zo gaan. „Goedemiddag, meneer. Mijn naam is Hardeman, ik ben deurwaarder en ik ben op zoek naar de heer R. M. de Bruyne. Ik moet aan hem een dagvaarding uitreiken. Bent u die persoon?”

„U bent inderdaad aan het goede adres en bij de juiste man, maar de naam is niet compleet. Ik heet Bisschop-de Bruyne.”

„O, neemt u mij niet kwalijk. Dan staat er dus maar een deel van uw dubbele achternaam in het exploot.”

„Ik ben ook niet van adel, deurwaarder, maar ik heb tevens de naam van mijn vrouw aangenomen. Dat kan tegenwoordig. Ik heet dus Bisschop-de Bruyne en mijn vrouw heet De Bruyne-Bisschop. Ja, u hebt gelijk, voor onze kinderen is wel het eens lastig. Zeker voor die uit mijn eerste huwelijk. Maar wij wilden toch deze keus maken. Ik zag trouwens uw mondhoeken wat krullen toen ik beide naamcombinaties uitsprak. Maar ik neem u dat niet kwalijk. Het komt toevallig zo uit, want rooms zijn we echt niet. Als het om die kerk gaat zijn wij niet van de partij.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer