Tijdens de ouderhoudsjaren werden bronzen staven bij de ramen vervangen. Ook glas- en voegwerk werd vervangen of bijgewerkt. In totaal kostten de werkzaamheden zo’n 750.000 euro, waarvan de helft uit overheidssubsidie werd betaald.

Het godshuis heeft nu vanbinnen een opknapbeurt nodig, vertelt Van ’t Veen. „Bij bepaalde delen van de muren is het stucwerk aan vervanging toe. Verder dateert de cv-ketel uit 1973. Onderdelen die nu stukgaan, kunnen niet meer vervangen worden.”

Om het gebouw voor de komende jaren geschikt te houden voor exploitatie is besloten om in de ruimte waar de verwarmingsketel is ondergebracht te verbouwen tot drie kleine zalen met extra toiletruimte. Twee nieuwe cv-ketels worden aangebracht in een kleine ruimte in de zogeheten noordwest­aanbouw. „Deze komt los van de muur te staan, zodat er geen dingen onherstelbaar beschadigd worden.”

Ook komt er een luchtverwarmingssysteem, waarbij warme lucht circuleert door de twee zijbeuken. Het middenschip wordt verwarmd door vloer­verwarming.

De kosten voor door de interne aanpassingen zijn begroot op 1 miljoen euro. Daarvan zal 200.000 euro door de kerkelijke gemeente worden betaald. „De overige gelden moeten komen van de gemeente, de provincie, en verschillende stichtingen. Hierover zijn we nog in gesprek. Het is de bedoeling dat de kerk in de toekomst zichzelf financieel in stand kan houden.”