K., die in Leopoldsburg woonde, heeft altijd beweerd dat er gespot werd met zijn handicap en dat hij vreesde voor zijn leven. „Een handicap geeft u geen toelating om te doden. Uw handicap heeft er niks mee te maken, wel uw persoonlijkheid met een kort lontje”, zei de aanklager woensdag.

De feiten speelden zich af aan de Lido-visvijvers in Leopolsburg. Op een pinksteravond zaten K. en zijn gezin daar op een vol terras van een cafetaria. Ook Jochen Massotte zat met een stel vrienden op dat terras, aan dezelfde tafel als K. Toen het gezelschap van Massotte opstapte, werden ze op de toegangsweg naar het Lido geconfronteerd met K. Die zat met zijn zoon in een auto. Massotte en een van zijn passagiers stapten uit om een teken te geven dat K. kon passeren op de smalle weg.

Er kwam echter geen reactie. Massotte stapte naar de auto, waarna K. vanuit zijn wagen met een revolver vier keer op hem schoot. Drie kogels troffen Massotte in het hart. Ook nam K. de passagier nog onder vuur. Daarna vertrok K. totdat hij zijn twee voorbanden aan flarden reed. Een kameraad uit Lommel pikte hem op, waarna K. 10 dagen onderdook in Nederland.

Hoewel hij aangaf dat zijn daden waren ingegeven door angst, is een echte reden nooit duidelijk geworden tijdens het proces.