Op 5 augustus vertrok het schip, de Como Express, vanuit Fremantle in West–Australië naar Saoedi–Arabië. Een bedrijf uit dat land had de dieren gekocht. Ze zijn bedoeld voor rituele slachting.

Toen het schip met de Australische schapen drie weken later aankwam, werden de dieren door de Saoedische douane geweigerd. De autoriteiten verschilden van mening met dierenartsen aan boord van de Como. Volgens de Saoedische douane lijdt 6 procent van de schapen aan bekschurft. De dierenartsen menen dat 0,3 procent van de dieren last heeft van deze ongevaarlijke aandoening.

Sindsdien hebben de Saoedische eigenaar van de dieren en de Australische regering geprobeerd de schapen aan land te brengen in de Verenigde Arabische Emiraten en Pakistan, maar dat werd steeds geweigerd. Inmiddels zijn door vooral hitte bijna 4000 dieren op het schip omgekomen.

De woordvoerder van Vroon verwacht dat dat aantal snel oploopt als er geen oplossing komt. „Het enige dat wij kunnen doen, is de situatie aan boord met onder meer extra bemanning, water en ventilatie zo leefbaar mogelijk houden." De zegsman voegt eraan toe dat Vroon niet verantwoordelijk is voor het welzijn van de schapen. De reder vervoert de dieren in opdracht van de Saoedische koper. „Maar ik zie het liefst vandaag nog een oplossing."

Of die er snel komt, is twijfelachtig. De dieren zitten al zeven weken op zee en onder dierenactivisten gaan stemmen op om ze te laten inslapen. Maandag hadden de Australische regering en het Saoedische bedrijf nog geen bestemming voor het schip gevonden. Een van de mogelijkheden is om terug te varen naar Fremantle, maar ook daarover is nog geen besluit.