Dijkstal vindt integratie geen zaak voor justitie
Oud–minister Dijkstal van Binnenlandse Zaken vindt dat integratiebeleid niet onder het ministerie van Justitie moet vallen. „Het is een slechte keuze. Het hoort daar niet thuis." Volgens hem kan integratie vallen onder meerdere ministeries maar juist niet onder Justitie. „Het heeft niets met justitie te maken. Met justitie krijg je te maken als het misloopt."
Dat zei de VVD’er voor de tijdelijke commissie Onderzoek Integratiebeleid, die maandag is begonnen met openbare gesprekken. De commissie wil in beeld brengen hoe dertig jaren integratiebeleid is verlopen. Er is weinig aandacht voor de verhoren: de publieke tribune is bijna leeg. De portefeuille integratie is vorig jaar met de komst van toenmalig LPF–minister Nawijn overgeheveld van Binnenlandse Zaken naar Justitie.
Dijkstal vindt dat Justitie zich moet bezighouden met belangrijke zaken als wetten en rechtspraak. „Ik heb dat ministerie nooit kunnen betrappen op een groot gevoel voor overleg met lagere overheden." Volgens hem speelt integratie zich vooral op gemeentelijk niveau af en daarom hoort het bij het ministerie van Binnenlandse Zaken. „En als je vindt dat onderwijs de sleutel tot integratie is, dan moet het naar het departement van Onderwijs." Ook zou het eerder bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid passen.
Dijkstal hoopt dat de commissie dit onderzoek aangrijpt om zich sterk te maken voor de terugkeer van het integratiebeleid naar Binnenlandse Zaken.
De VVD’er was van 1994 tot 1998 in Paars–I minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Hij vond dat hij beperkte bevoegdheden had als coördinerend minister voor integratie. Je kunt volgens hem niet zeggen of hèt integratiebeleid effectief was. „Het is op bepaalde punten niet goed gegaan maar het is de vraag of dat komt door het integratiebeleid of het beleid op deelterreinen als onderwijs en arbeidsmarkt." Vooral het belang van kennis van de Nederlandse taal is in zijn ogen onderschat.
Dijkstal schetste een beeld waarin integratie moeilijk was om als onderwerp structureel op de agenda te plaatsen. Toch was er in de jaren negentig wel politiek overleg over en steeds meer politieke steun voor.